BD 5513E - Page 85

85
Aanbevolen scheidingsafstand tussen draagbare en mobiele RF-communicatieapparatuur en de REF 5513E/5514 serie
De REF 5513E/5514 serie is bedoeld voor gebruik in een elektromagnetische omgeving waarin uitgestraalde RF-storingen beheersbaar zijn. De klant of de
gebruiker van de REF 5513E/5514 serie kan helpen elektromagnetische interferentie te voorkomen door een minimumscheidingsafstand te bewaren tussen
draagbare en mobiele RF-communicatieapparaten (zenders) en de REF 5513E/5514 serie, zoals hieronder aanbevolen, in overeenstemming met het maximale
uitgangsvermogen van de communicatieapparatuur
Nominaal maximaal
uitgangsvermogen van zender
W
Scheidingsafstand in overeenstemming met de frequentie van zender
m
150 kHz tot 80 MHz
d = 1,2 √P
80 MHz tot 800 MHz
d = 0,35 √P
80 MHz tot 800 MHz
d = 0,7 √P
0,01 0,12 0,035 0,07
0,1 0,38 0,11 0,22
1 1,2 0,35 0,7
10 3,8 1,1 2,2
100 12 3,5 7
Voor zenders waarvan het nominale maximale uitgangsvermogen niet hierboven weergegeven wordt, kan de aanbevolen scheidingsafstand d in meter (m)
bepaald worden met gebruik van de vergelijking die van toepassing is op de frequentie van de zender. P is hierbij het maximale uitgangsvermogen van de
zender in watt (W) volgens de opgave van de fabrikant van de zender.
N.B. 1: Bij 80 MHz en 800 MHz is de scheidingsafstand voor het hogere frequentiebereik van toepassing.
N.B. 2: Deze richtlijnen zijn mogelijk niet van toepassing op alle situaties. De voortplanting van elektromagnetische straling wordt beïnvloed door absorptie en
reflectie door gebouwen, voorwerpen en mensen.
a De veldsterkten die worden uitgestraald door vaste zenders, zoals basisstations voor (mobiele/draadloze) radiotelefoons en mobiele landradio’s, amateurradio’s, AM- en
FM-radio-uitzendingen en tv-uitzendingen, kan niet theoretisch met nauwkeurigheid worden voorspeld. Om de elektromagnetische omgeving als gevolg van vaste RF-
zenders te bepalen, dient een elektromagnetisch onderzoek van de locatie te worden overwogen. Als de gemeten veldsterkte op de locatie waar de REF 5513E/5514 serie
wordt gebruikt, het bovenvermelde toepasselijke RF-conformiteitsniveau overschrijdt, moet de REF 5513E/5514 serie worden geobserveerd om te verifiëren of het systeem
normaal werkt. Als het systeem niet normaal werkt, zijn er wellicht aanvullende maatregelen vereist, zoals verplaatsing of anders richten van de REF 5513E/5514 serie.
b Over het gehele frequentiebereik van 150 kHz tot 80 MHz mag de veldsterkte niet hoger zijn dan 3 V/m.