Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Er staat geen spanning op
het stopcontact.
Sluit een ander elektrisch ap-
paraat op het stopcontact
aan. Neem contact op met
een gekwalificeerd elektricien.
Het apparaat maakt lawaai. Het apparaat is niet stevig
en stabiel geplaatst.
Controleer of het apparaat
stabiel staat.
Er verschijnt een rechthoe-
kig symbool in plaats van
getallen op het tempera-
tuurdisplay.
Probleem met de temper-
atuur van de sensor.
Neem contact op met de
klantenservice (het koelsys-
teem blijft werken om uw lev-
ensmiddelen koud te houden,
maar de temperatuur kan niet
aangepast worden)
De compressor werkt con-
tinu.
De temperatuur is goed
ingesteld.
Raadpleeg het hoofdstuk
'Bediening'.
Er worden veel producten
tegelijk geplaatst.
Wacht een paar uur en con-
troleer dan nogmaals de tem-
peratuur.
De omgevingstempera-
tuur is te hoog.
Zie het typeplaatje voor de kli-
maatklasse.
Het voedsel dat in het ap-
paraat werd geplaatst,
was te warm.
Laat voedsel afkoelen tot ka-
mertemperatuur voordat u
het opslaat.
De deur is niet goed
gesloten.
Zie 'De deur sluiten'.
De functie FastFreeze is
ingeschakeld.
Raadpleeg "FastFreeze-func-
tie".
De compressor start niet
onmiddellijk na het drukken
op FastFreeze of na het ve-
randeren van de tempera-
tuur.
Dit is normaal, er is geen
storing.
De compressor start na enige
tijd.
Er ligt water op de vloer. De dooiwaterafvoer is niet
aangesloten op de ver-
damperbak boven de
compressor.
Maak de dooiwaterafvoer
vast op de verdamperbak.
De temperatuur kan niet
worden ingesteld.
De functie FastFreeze of
ShoppingMode is inge-
schakeld.
Schakel FastFreeze of Shop-
pingMode handmatig uit, of
wacht tot de functie automa-
tisch reset om de tempera-
tuur in te stellen. Zie "Fast-
Freeze of ShoppingMode
functie".
NEDERLANDS
13