28
N
L
Lees de gebruiksaanwijzingen vóór gebruik aandachtig door en neem
de volgende waarschuwingen in acht. Raadpleeg deze handleiding in
geval van twijfels over de werking.
Bewaar alle documentatie zodat iedereen die de compressor gebruikt,
deze documentatie van te voren kan raadplegen.
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
1
Dit symbool geeft de waarschuwingen aan die aandachtig gelezen moeten
worden alvorens het product te gebruiken, teneinde mogelijk letsel van de
gebruiker te voorkomen.
Perslucht is een potentieel gevaarlijke vorm van energie. Het is dan ook
nodig om extreme voorzichtigheid te betrachten bij het gebruik van de
compressor en de accessoires.
Attentie: de compressor kan in geval van black-out en daaropvolgend
herstel van de spanning weer van start gaan.
De akoestische drukwaarde gemeten op 4 m, gemeten in het vrije veld,
is gelijk aan de potentiele akoestische waarde aangegeven op het gele
label dat is geplaatst op de compressor, waarvan dan 20 dB wordt
afgetrokken.
WAAR U OP MOET LETTEN
● De compressor moet in geschikte omgevingen worden gebruikt
(goed geventileerd, omgevingstemperatuur +5°C tot +40°C) en nooit
bij aanwezigheid van stof, zuren, dampen, explosieve of ontvlambare
gassen.
● Houd altijd een veiligheidsafstand van minstens 4 meter tussen de
compressor en het werkgebied aan.
● Eventuele verkleuringen die verschijnen op de riembeschermers van de
compressortijdenslakspuiten,wijzenopeentegeringeafstand.
●
Steek de stekker van de stroomkabel in een qua vorm, spanning en
frequentiegeschiktstopcontactdatvoldoetaandegeldendevoorschriften.
● Gebruik voor de stroomkabel verlengsnoeren met een lengte van
hoogstens 5 meter en met een kabeldoorsnede van niet minder dan 1.5
mm².
●Men raadt het gebruik van verlengsnoeren met een andere lengte,
alsmede adapters en meervoudige stekkerdozen af.
●Gebruik uitsluitend de AAN/UIT-schakelaar om de compressor uit te
schakelen.
● Gebruik uitsluitend de handgreep om de compressor te verplaatsen.
●Dewerkendecompressormoetopeenstabiele,horizontaleondergrond.
WAT U NIET MAG DOEN
●Richt de luchtstroom nooit op mensen, dieren of op het eigen lichaam
(Gebruik eenbeschermbrilomde ogen tegen vreemdevoorwerpendie
doordeluchtstroomwordenverplaatsttebeschermen).
● Richt vloeistoffen die door op de compressor aangesloten gereedschappen
worden gespoten nooit op de compressor zelf.
● Gebruik het apparaat nooit met blote voeten of vochtige handen of voeten.
● Trek nooit aan de stroomkabel om de stekker uit het stopcontact te trekken
of om de compressor te verplaatsen.
●Hetapparaatmagnietblootgesteldaanweersinvloeden(regen,zon,mist,
sneeuw).
● Vervoer de compressor niet met de ketel onder druk.
● Voer op de ketel geen lassen of mechanische bewerkingen uit. In geval
van defecten of corrosie moet de ketel vervangen worden.
● Zorg ervoor dat de compressor niet door onervaren personeel wordt
gebruikt. Houd kinderen en dieren uit de buurt van het werkgebied.
●
Het apparaat is niet bestemd om gebruikt te worden door personen
(inclusief kinderen) wiens lichamelijk, sensoriele of mentale vermogen
verminderdisofdiegeenervaringofkennishebbenvanhetapparaat,tenzij
zij geholpen worden door een persoon die over hun veiligheid waakt en
voor toezicht zorgt of instructies geeft over het gebruik van het apparaat.
● Kinderen moeten onder toezicht staan om ervoor te zorgen dat ze niet met
het apparaat spelen.
● Plaats geen ontvlambare voorwerpen of voorwerpen van nylon of stof in de
buurten/ofopdecompressor.
● Reinig de machine niet met ontvlambare vloeistoffen of oplosmiddelen.
Gebruik uitsluitend een vochtige doek en controleer of de stekker uit het
stopcontact is verwijderd.
● Het gebruik van de compressor is strikt beperkt tot de compressie van
lucht. Gebruik de compressor niet voor andere gassoorten.
● De door het apparaat geproduceerde perslucht is zonder speciale
behandelingen niet bruikbaar voor toepassingen op farmaceutisch,
voedings- of gezondheidsgebied en mag nietgebruikt worden voor het
vullen van zuurstofflessen voor duikers.
WAT U MOET WETEN
● Deze compressor is gebouwd om met intermitterend bedrijf te
werken, zoals aangegeven op het plaatje met technische gegevens
(zobetekentbijvoorbeeldS3-252,5minutenbedrijfen7,5minutenrust),
om overmatige oververhitting van de elektromotor te voorkomen. Als dat
mocht gebeuren, grijpt dethermische beveiliging van de motor in door
automatisch de spanning te onderbreken wanneer de temperatuur te hoog
is vanwege een overmatige stroomabsorptie.
● Alle compressoren zijn voorzien van een veiligheidsklep die ingrijpt in
gevalvanonregelmatigewerkingvandepressostaat,zodatdeveiligheid
van de machine is gegarandeerd.
Het veiligheidsventiel wordt ingesteld over overmatige onderdrukzetting
van de luchtreservoirs te voorkomen. Dit ventiel wordt in de fabriek
afgesteld en werkt eerst als de reservoirdruk deze druk bereikt. Tracht niet
deze veiligheidsinrichting te verstellen of te elimineren.
Elke aanpassing van dit ventiel kan ernstig letsel veroorzaken. Raadpleeg
een bevoegd servicecentrum als het nodig is de inrichting te controleren of
onderhoudswerkzaamheden erop uit te voeren.
●Derodestreepopdemanometergeeftdemaximumbedrijfsdrukvanhet
reservoiraan,ennietdegeregeldedruk.
●Tijdenshetaansluitenvaneenpneumatischgereedschapopeenbuismet
persluchtdiedoordecompressorwordtgeleverd,moetdeluchtstroomdie
uit deze buis komt absoluut afgesloten zijn.
●Hetgebruikvanpersluchtvoordeverschillendetoepassingendiemogelijk
zijn (opblazen, pneumatische gereedschappen, lakspuiten, wassen met
reinigingsmiddelen uitsluitend op waterbasis enz.) veronderstelt kennis
en inachtneming van de voorschriften die voor de afzonderlijke gevallen
gelden.
●Controleer of het luchtgebruik en de maximale bedrijfsdruk van het
te gebruiken luchtdrukgereedschap en verbindingsleidingen (met de
compressor)geschiktzijnvoordeopdedrukregelaaringesteldedruken
met de hoeveelheid door de compressor geleverde lucht.
●Sluitdeluchtinlaatopeningenvandecompressornietaf.
●Probeerdecompressornietteopenenofzelfstandigterepareren.Wendt
u zich hiervoor tot een erkend servicecentrum.
COMPONENTEN (fig. 1 - 2 - 3 - 4 - 5 - 6 - 7 - 8 - 9)
1. Kistbedekking 10. Veiligheidsklep
2. Drukvat 11. Aflaatplug voor condenswater
3. Wiel 12.
Manometer(keteldrukkanworden
afgelezen)
4. Steunvoetje 13. As
5. Snelkoppeling(geregeldeperslucht) 14. Dop
6.
Manometer(ingesteldedrukkanworden
afgelezen)
15. Bout
7. Drukregelaar 16. Blokje
8. AAN/UIT-schakelaar 17. Leertje
9. Transportgreep
MONTAGE
2
Voor ingebruikneming het apparaat zeker volledig monteren!
Montage van de wielen
Debijgaandewielendienen te wordengemonteerdzoalgetoondin g. 2,
3,4,5en6.
● Fig.2a-2b:Montagewielkit-versieA
Inopeenvolgingmonteren:a,b,c,d,e
● Fig.3a-3b:Montagewielkit-versieB
● Fig.4:Montagewielkit-versieC
● Fig.5:Montagewielkit-versieD
● Fig.6:Montagewielkit-versieE
Bewaar deze handleiding voor toekomstige raadpleging