Warmtepompboiler – GEBRUIKSAANWIJZIGEN EN ONDERHOUD
94
Maximale niveauverschilverbindingen
van koelvloeistof (Externe eenheid onder
interne eenheid)
Hoeveelheid koelvloeistof R134a
Gefluoreerde broeikasgassen
Het aardopwarmingsvermogen
Max. watertemperatuur met warmtepomp
Verwarmingstijd in warmtepomp modus
(
A
)
Opgenomen verwarmingsenergie (
A
)
Max hoeveelheid warm water in een
enkele afname V
max
(
A
) Geleverd opa
50°C
Gemengd water op 40°C V40 (
B
)
Temperatuurinstellingen (
B
)
Jaarlijks energieverbruik (gemiddelde
klimaatsomstandigheden) (
B
)
Intern geluidsvermogensniveau (
C
)
Extern geluidsvermogensniveau (
C
)
Spanning / Maximaal geabsorbeerd
vermogen (
A
)
(A) Waarden verkregen bij een externe luchttemperatuur van 7°C en een relatieve vochtigheidsgraad van 87%. Temperatuur van
water bij ingang 10°C en ingestelde temperatuur van 50°C (volgens hetgeen wordt voorgeschreven door EN 16147).
Gekanaliseerd product Ø150 onbuigzaam.
(B) Waarden verkregen bij een externe luchttemperatuur van 7°C en een relatieve vochtigheidsgraad van 87%. Temperatuur van
water bij ingang 10°C en ingestelde temperatuur van 50°C (volgens hetgeen wordt voorgeschreven door 2014/C 207/03 -
overgangsmeet- en -berekeningsmethoden). Gekanaliseerd product Ø150 onbuigzaam.
(C) Waarden verkregen door het gemiddelde van de resultaten van drie proeven uitgevoerd bij een externe luchttemperatuur van
7°C en een relatieve vochtigheidsgraad van 87%. Temperatuur van water bij ingang 10°C en ingestelde temperatuur volgens
hetgeen wordt voorgeschreven door 2014/C 207/03 - overgangsmeet- en -berekeningsmethoden en EN 12102.
Gekanaliseerd product Ø150 onbuigzaam.
(D) Buiten het interval van de bedrijfstemperaturen van de warmtepomp wordt de verwarming van het water gegarandeerd door
de weerstand.