EasyManua.ls Logo

Blaupunkt 400 Series - Page 79

Blaupunkt 400 Series
244 pages
Go to English
To Next Page IconTo Next Page
To Next Page IconTo Next Page
To Previous Page IconTo Previous Page
To Previous Page IconTo Previous Page
Loading...
NL
Als deze functie actief is, schakelt het apparaat altijd om naar de
beste zendfrequentie (alternatieve frequentie).
Opmerking: Deze functie moet door het radiostation worden
ondersteund.
FM PRESETS (FM SPEICHEREBENEN):
Inschakelen/uitschakelen van geheugen- of FM2, FMT, AM,
AMT. Als de SRC toets niet actief is, kan het overeenkomstige
geheugenniveau niet worden geselecteerd met de SRC toets.
DAB PRESETS (DAB SPEICHEREBENEN):
Activeren/deactiveren van geheugenniveaus DAB2, DAB3. Als
de SRC toets niet actief is, kan het overeenkomstige
geheugenniveau niet worden geselecteerd met de SRC toets.
DAB MODE:
Bepaalt de basisinstelling van de rechterknop/draaiknop. Opties:
SERVICE (standaardinstelling) of BROWSE. Zie het hoofdstuk
DIGITALE RADIO.
DAB SERVICE SCAN:
Bijwerken van de stationlijst naar DAB, scant de hele DAB-band
en verwijdert stations uit de lijst die niet kunnen worden
ontvangen.
SERVICE LINK:
Als de functie DAB/FM/ALLs geactiveerd, schakelt het apparaat
in de mate van het mogelijke om naar een ander DAB-kanaal (als
DAB is geselecteerd) of ook naar de FM-frequentie (als FM of
ALL is geselecteerd) om het station te blijven afspelen als het
DAB-signaal slecht is.
SERVICE NAME:
Omschakelen van de DAB SERVICE / DAB ENSEMBLE
optieweergave naar 16 of 8 cijfers.
DAB ANTENNA (DAB ANTENNE):
Inschakelen van fantoomvoeding voor actieve DAB-antennes.
Als de DAB-antenne actief is, zet u de 12 V-optie op ON (AN).
REGION:
Instellen van de ontvangstregio in waarin het apparaat wordt
gebruikt.
AUDIO (KLANG):
In dit submenu kunt u het geluid individueel instellen.
Opmerking: BASS (TIEFEN) en TREBLE (HÖHEN) kunnen voor elke
bron afzonderlijk worden ingesteld.
BASS (TIEFEN):
Versterken of verminderen van lage frequenties.
TREBLE (HOEHEN):
Versterken of verminderen van hoge frequenties.
BAL (BALANCE):
Instellen van de balans van het audiosignaal.
FADER:
Instellen van het audiosignaal van de voorste/achterste
luidsprekers.
LOUD:
Inschakelen/uitschakelen van de loudness functie (basactivering)
EQ:
Inschakelen van vooraf ingestelde geluidspatronen.
Opmerking: Wanneer het geluidspatroon aan staat, werkt de
handmatige instelling van BASS (TIEFEN)/ TREBLE (HÖHEN)
niet.
SUB-OUT:
Stel het uitgangsniveau (GAIN) en de crossover-frequentie
(FREQ) van de subwooferuitgang in.
DISPLAY (ANZEIGE):
In dit submenu kunt u instellingen voor het display maken.
DIM MAN/ AUTO:
De helderheid van het display handmatig / automatisch
schakelen.
AUTO: De ILLUMINATIONingang (zie het hoofdstuk
INSTALLATIE/ AANSLUITINGEN) schakelt automatisch de
helderheid van het display tussen de geprogrammeerde DAY
(TAG) en NIGHT (NACHT) waarden, afhankelijk van de
verlichting van het voertuig.
MAN (handmatig) : door de DIS-toets gedurende 2 seconden in
te drukken, schakelt u tussen de ingestelde DAY (TAG) en
NIGHT (NACHT) waarden.
DAY (TAG):
Instellen van de display helderheid voor overdag.
NIGHT (NACHT):
Instellen van de display helderheid voor de nacht.
SCROLL:
Scroll door de weergegven inhoud als deze langer is dan kan
worden weergeven. Opties: Scroll eenmalig (1X) of permanent
(ON (AN)) door de nieuwe informatie.
LANGUAGE (SPRACHE):
Selecteer de menutaal van uw apparaat. Mogelijke talen:
DEUTSCH (Duits)/ ENGLISH (Engels).
COLOR (FARBE):
Selecteer de kleur van het display en de toetsen (er kunnen 7
kleuren worden ingesteld).
VOLUME (LAUTSTAERKE):
In dit submenu kunt u de volume-instellingen voor het apparaat maken.
ON VOLUME (AN LAUTST):
Kies of het apparaat opnieuw moet worden herstart met het
laatst gebruikte volume LAST VOLUME (LETZTE LAUTSTÄRKE)
of met een geprogrammeerde waarde.
Opmerking: Het schakelvolume is altijd beperkt tot het
maximale. 30.
TA VOL:
Instellen van het volume voor verkeersberichten. Als het volume
van het actieve verkeersbericht wordt gewijzigd, wordt deze
instelling bijgewerkt of overschreven.
HF VOL:
Instellen van het volume van de hands-free kit.
Als het volume tijdens een telefoongesprek wordt gewijzigd,
wordt deze instelling bijgewerkt of overschreven.
BEEP:
Instellen van het geluidssignaal bij het indrukkken van een toets.
Opmerking: Het opslaan van een station wordt altijd
bevestigd door een geluid, zelfs als BEEP op OFF (AUS) is
ingesteld.
CLOCK (UHR):
In dit submenu kunt u instellingen maken voor de klok. Zie ook hoofdstuk
KLOK.
CLOCK (UHR):
Schakelt de tijdweergave in/uit wanneer het apparaat is
uitgeschakeld. Als het apparaat is uitgeschakeld en het contact is
ingeschakeld, geeft het display de klok weer.
MODUS:
Omschakelen tussen 12- en 24-uurs weergave.
SET 00:00:
Handmatig instellen van de klok.
Draai de knop / draaiknop naar links: Instellen van de minuten.
Draai de knop / draaiknop naar rechts: Instellen van de uren.
Opmerking: Als RDSCLOCK (RDSUHR) actief is, wordt de
handmatig ingestelde tijd overschreven.
RDSCLOCK (RDSUHR):

Related product manuals