5
NL
Laadproces
onderbreken
Laadproces door het indrukken van de Start/Stop-toets onderbreken:
- Op het display worden de tot nu toe in de accu geladen
ampere-uren weergegeven,
- Laadproces door het opnieuw indrukken van de Start/
Stop-toets voortzetten:
Door de Info-toets meerdere keren in te drukken, vindt de weergave van de
parameters in de volgende volgorde plaats:
Parameters
tijdens het laad-
proces opvragen
Bijv.: Huidige accuspanning Bijv.: Huidige laadstroom
Bijv.: Geladen ampère-uren
Diepontladen
accu laden
Bij diepontladen accu’s (spanning < 2 V) laadproces als volgt handmatig starten:
9. Laadproces begint.
Wordt binnen vijf seconden geen toets ingedrukt, dan
keert het laadapparaat terug naar het hoofdmenu.
Waarschuwing! Gevaar van ernstige materiële schade door
- onjuist aangesloten accuklemmen. De beveiliging tegen het ompolen van
de accuklemmen is in de functie „Laden van diepontladen accu’s, voe-
dingsfunctie“ niet actief.
- onjuist ingestelde accuspanning.
Accuklemmen op de juiste polen aansluiten en op correcte elektrische verbin-
ding met de poolklemmen van de auto letten. Op accuspanning letten.
Bijv.: 12 V boordspanning
Voorzichtig! Gevaar van materiële schade bij het laden van een defecte accu.
Stel voor het begin van het laden vast, of de te laden accu 100% functioneert.
Accu loskoppe-
len
1. Start/Stop-toets indrukken.
2. (-) -Laadklem van de accu resp. de massa van de wagen losmaken.
3. (+) -Accuklem van de accu losmaken.
1. Netstekker van het laadapparaat aansluiten.
2. Functie instellen.
3. Accucapaciteit instellen.
4. Accu aansluiten.
5. Start/Stop-toets ca. vijf seconden indrukken - menupunt „Laden diepontladen accu’s
/ voedingsfunctie“ wordt geactiveerd.
6. Accuspanning door het indrukken van de Up/Down-toetsen instellen.
7. Door het indrukken van de Start/Stop-toets ingestelde spanning bevestigen.
8. Door het indrukken van de Start/Stop-toets vraag correcte aansluiting accuklemmen
op accupolen bevestigen.