Tips En Waarschuwingen Bij De Installatie:
• Neem de minpool – negatief – op de accu van het
voertuig los.
• Lokaliseer en noteer op de plaats waar u wilt in-
stalleren alle brandstof-, rem-, vacuüm- en elek-
trische leidingen. Benuiterst voorzichtig bij zagen of
boren in de nabijheid van dergelijke leidingen.
• Kies een veilige plaats, uit de buurt van vocht en
condens.
• Zorg ervoor dat er op de plaats waar de versterker
komt voldoende ventilatie is voor de koeling.
• Monteer de versterker met de bijgevoegde mon-
tagematerialen.
Technische Gegevens
• 4 x 85 watt RMS @ 4 ohm en ≤ 1% THV + Ruis*
• 4 x 135 watt RMS @ 2 ohm en ≤ 1% THV + Ruis*
• THV+R: 0,05% (nominaal vermogen @ 4 ohm)
• Signaal/Ruis-Afstand: 85 dB
(referentie 1 W in 4 ohm)*
• Signaal/Ruis-Afstand: 104 dB
(referentie nominaal vermogen in 4 ohm)*
• Frequentiebereik: 10 Hz – 100 kHz (-3 dB)
* conform CEA-2006A
0
Luidspreker Uitgangen
• Verbind de luidsprekers met deze aansluitingen
en let op de juiste polariteit.
• Vierkanalen toepassing: verbind de linker front
luidspreker met de aansluitingen Front L+ en
L- en de rechter Front luidspreker met de
Front R+ en R- aansluitingen.
• Drie kanalen toepassing: verbind de stereo
luidsprekers met de Front aansluitingen als
hiervoor beschreven. Verbind de derde luid-
spreker waarin de achter kanalen van de ver-
sterker worden gebrugd met de Achter (Rear)
R+ en Achter (Rear) L- aansluitingen.
• Twee kanalen (gebrugd) toepassing: verbind
één luidspreker met de Front L+ en Front
R- aansluitingen. Verbind de andere luidsprek-
er met de Achter (Rear) L+ en Achter (Rear)
R- aansluitingen.
• De minimum luidsprekerimpedantie voor stereo
toepassing is 2 ohm. Minimum luidspreker -
impedantie voor gebrugd gebruik is 4 ohm.
1
Zekeringen
• Bij vervanging uitsluitend hetzelfde type en
dezelfde waarde gebruiken.
2
Voedingsaansluitingen
• +12 V: verbind deze met de plus van de accu. Wij
raden 2,6 mm kabel aan. Installeer een geschikte
zekeringhouder met zekering (60 A minimaal)
binnen 50 cm van de accu. Controleer of de
kabel niet wordt beschadigd tijdens de instal-
latie. Ge bruik rubber tulen op plaatsen waar de
kabel door metalen delen wordt gevoerd.
• GND (massa): verbind deze met het chassis van
de auto. Zie afbeelding.
• REM: verbind deze met de ‘Remote Out’ van de
stuureenheid (radio) of met een geschakelde
12 V+ (ACC) aansluiting.
3
Beveiligingsled
• Licht op wanneer één van de volgende situaties
ontstaat: over- of onderspanning van de accu,
kortsluiting in een luidsprekerleiding, versterker
is te heet, de eindtrap van de versterker werkt
niet (gelijkspanning aanwezig in het uitgangs -
signaal).
4
Controle LED
• Licht op wanneer de versterker is ingeschakeld.
5
Frequentie-instelling Subsonisch Filter
• Biedt een 12 dB/oct hoogdoorlaat filter. De
frequentie kan worden ingesteld tussen 10 en 80
Hz. Praktisch wanneer de kanalen 3 en 4 worden
gebruikt om een subwoofer of afzonderlijke
midden-laag luidsprekers aan te sturen. Zie
‘Instellen Wisselfilter’ voor gebruik met midden-laag
luidsprekers.
• Worden subwoofers in een open behuizing
toegepast, stel dan dit filter in op 10 Hz beneden de
afgestemde frequentie van de kast.
6
Achter Wisselfilter Frequentie Instelling
• 2 dB/oct wisselfilter, regelbaar van 32 – 320 Hz.
• Zie
M
voor de instelprocedure.
7
Keuzeschakelaar Wisselfilter Achter
• LP: kies dit voor subwoofer(s) of voor een
laagdoorlaat filter voor afzonderlijke midden-laag
luidsprekers. Het subsonisch filter biedt een
hoogdoorlaat filter voor afzonderlijke midden-laag
luidsprekers.
• Flat (recht): kies dit voor breedband luidsprekers
wanneer geen subwoofer in het systeem aan-
wezig is.
• HP (hoogdoorlaat filter): kies dit voor een sys-
teem met midden/hoog luidsprekers of breed-
band luidsprekers waarbij een subwoofer wordt
toegepast.
8
Achter Ingangsniveau Regelaar
• Wordt gebruikt om de achter ingangsgevoelig -
heid aan te passen aan het uitgangsniveau van
de bron.
• Zie
L
voor de juiste instelprocedure.
9
Toewijzing Achter Kanalen
• Kiest de route voor het ingangssignaal van de cinch en
IMS ingangen.
• LEFT (links): stuurt het ingangssignaal van de linker
ingang naar beide versterkers voor de achter
kanalen. Nuttig wanneer de versterker wordt
gebrugd voor het sturen van slechts twee
luidsprekers.
• STEREO: stuurt het signaal van de linker ingang
naar de links achter uitgang en het signaal van de
rechter ingang naar de rechts achter uitgang (Dit is
de normale situatie).
• RIGHT (rechts): stuurt het ingangssignaal van de
rechter ingang naar beide versterkers voor de
achter kanalen. Nuttig wanneer de versterker wordt
gebrugd voor het sturen van slechts twee luid-
sprekers.
A
Toewijzing Ingang (IMS)
• FRT (front): stuurt het IMS front stereo of cinch front
stereo signaal naar de ingangen van de versterker.
• REAR (achter): stuurt het IMS achter stereo of cinch
achter stereo signaal naar de ingangen van de
versterker.
• SUB: stuurt het IMS monosignaal naar de versterk-
eringang.
B
Ingangs Manegement Systeem (IMS) Ingang
(RJ45 Ethernet Kabel)
• Bij gebruik van het IMS, biedt deze connector één
enkele aansluiting voor front, achter, subwoofer en
inschakeling op afstand.
C
Front Ingangen (Cinch)
• Verbinden met de Front cinch uitgangen van de
bron of een signaalprocessor.
D
Achter Ingangen (Cinch)
• Verbinden met de achter uitgangen van de bron
of de signaal processor.
E
Aux Uitgangen (Cinch)
• Somsignaal, niet gefilterd. De Front rechts en
Rear (achter) rechts ingangen zijn gecombineerd
en worden naar de rechter AUX uitgang gevo-
erd. De Front links en Rear (achter) links ingan-
gen zijn gecombineerd en worden naar de linker
AUX uitgang gevoerd. Verbind deze uitgangen
met een extra subwoofer versterker.
F
Instelling Front Wisselfilter Frequentie
• 12 dB/octaaf wisselfilter, instelbaar van 32 tot
320 Hz.
• Zie
M
voor de instelprocedure.
G
Keuzeschakelaar Front Wisselfilter
• LP – voor gebruik met subwoofer(s)
• Flat (recht) – voor gebruik met breedband luid-
sprekers in een systeem zonder subwoofer.
• HP – voor gebruik met midden/hoog of breed-
band luidsprekers in een systeem met sub-
woofer.
H
Ingangsgevoeligheid Instelling Front (Gain)
• Past de ingangsgevoeligheid van de versterker aan
het uitgangsniveau van de bron aan. Zie
L
voor de
instelprocedure.
I
Toewijzing Front Kanalen
• Kiest de route voor het ingangssignaal van de cinch
en IMS ingangen.
• LEFT (links): stuurt het ingangssignaal van de linker
ingang naar beide versterkers voor de front
kanalen. Nuttig wanneer de versterker wordt
gebrugd voor het sturen van slechts twee luid-
sprekers.
• STEREO: stuurt het signaal van de linker ingang
naar de links front uitgang en het signaal van de
rechter ingang naar de rechts front uitgang (Dit is
de normale situatie).
• RIGHT (rechts): stuurt het ingangssignaal van de
rechter ingang naar beide versterkers voor de front
kanalen. Nuttig wanneer de versterker wordt
gebrugd voor het sturen van slechts twee luid-
sprekers.
J
Toewijzing Ingang (IMS)
• FRT (front): stuurt het IMS front stereo of cinch front
stereo signaal naar de ingangen van de versterker.
• REAR (achter): stuurt het IMS achter stereo of cinch
achter stereo signaal naar de ingangen van de
versterker.
• SUB: stuurt het IMS monosignaal naar de versterk-
eringang.
K
Ingangs Manegement Systeem (IMS) Uitgang
(RJ45 Ethernet Kabel)
• Wanneer de IMS ingang is verbonden met het IMS,
wordt het IMS signaal (zie boven) via deze uitgang
naar een extra versterker met IMS aansluiting
gestuurd.
L
Instellen Ingangsniveau
A Draai alle niveau-instellingen geheel naar links
op MIN (minimum).
B Draai bij het spelen van een dynamisch stuk
muziek de hoofd volumeregelaar van de
stuureenheid op ca. 3/4 van het bereik.
C Draai de Front niveauregeling zover naar
rechts tot het geluid niet meer zuiver is en ver-
vorming in het signaal optreedt.
D Draai de Front niveauregeling zover terug tot
de vervorming verdwijnt en de muziek weer
zuiver klinkt.
E Het Front niveau is nu correct ingesteld.
F Stel het niveau van de Achter (Rear) kanalen
zo in dat het niveau naar uw inzicht past bij dat
van de Front kanalen.
M
Instelling Wisselfilter
A Instelling voor 5" (13 cm) of grotere breed-
band luidsprekers wanneer geen subwoofer
in het systeem is opgenomen.
B Instelling voor breedband luidsprekers wan-
neer wel een subwoofer in het systeem is
opgenomen.
C Wisselfilter instelling voor subwoofers.
D Instelling wisselfilter voor afzonderlijke midden-
laag luidsprekers, gestuurd door kanalen met
een Subsonisch Filter Instelling.
Opmerking: acceptabele frequenties zijn in grijs
aangegeven.