De computer voor de eerste keer inschakelen 19
2 Verbinding maken met internet:
■ Meld u aan bij een internetprovider. Als u al een account hebt bij een
internetprovider, slaat u deze stap over en volgt u de instructies van de
internetprovider.
■ Als u de computer tijdens de initiële installatie niet hebt ingesteld voor internet,
dient u dit nu te doen met gebruik van On line Services:
a Klik op de knop Start op de taakbalk van Windows Vista.
b Klik op Alle programma's.
c Klik op On line Services en vervolgens op n line.
d Volg de instructies op het scherm om een internetprovider te selecteren en de
internetdienst te installeren.
3 Verbinding maken met internet. U moet verbinding maken via uw internetprovider.
■ Voor enkel inbelverbinding, dubbelklik op het door de internetaanbieder geleverde
pictogram op het bureaublad, en meld u aan.
4 Open uw webbrowser en surf over het web.
U kunt elke gewenste webbrowser gebruiken. Op de meeste computers is Internet
Explorer
®
geïnstalleerd. Internet Explorer openen:
a Klik op de knop Start op de taakbalk van Windows Vista.
b Klik op Internet Explorer.
De installatie van een draadloos LAN-apparaat controleren
U kunt nagaan of het ingebouwde WLAN-apparaat juist op de computer is geïnstalleerd met
het Apparaatbeheer van het besturingssysteem Windows Vista.
1 Klik op de knop Start op de taakbalk van Windows Vista.
2 Typ Apparaatbeheer in het zoekvak en klik vervolgens op Apparaatbeheer om het
venster Apparaatbeheer te openen.
3 Klik op Netwerkadapters. Het WLAN-apparaat zou hier moeten worden vermeld. U
kunt het WLAN-apparaat herkennen aan termen als wireless, wireless LAN, of 802.11.
4 Klik op de knop Start op de taakbalk van Windows Vista.
5 Typ Netwerkcentrum in het zoekvak en klik vervolgens op Netwerkcentrum om het
venster Netwerkcentrum te openen.
6 Klik op Verbinding maken met een netwerk, en volg de instructies op het
scherm.
OPMERKING: On line Services toont een lijst van internetproviders, maar u kunt een
andere provider kiezen of een bestaande account overbrengen naar deze computer.
Als u bestaande accounts wilt overbrengen, volgt u de instructies van uw
internetprovider.
OPMERKING: Als u problemen ondervindt met uw internetaansluiting, zie “Internet-
toegang” op pagina 49.
OPMERKING: Als er geen WLAN-apparaat wordt vermeld, heeft uw computer geen
geïntegreerd WLAN-apparaat of is het stuurprogramma voor het apparaat niet juist
geïnstalleerd.
Ga o -