151
gebruiken. Aanhoudend gebruik kan leiden tot 
elektrische schokken, kortsluiting of brand.
•  
Raak het netsnoer niet aan met natte handen en trek 
niet aan het netsnoer om de oplader los te koppelen.
•  
Raak het apparaat of de oplader niet aan met natte 
handen. Dat kan leiden tot kortsluiting, storingen of 
elektrische schokken.
•  
Als uw oplader blootgesteld is geweest aan water, 
andere vloeistoffen of overmatig vocht, brengt u de 
oplader naar een geautoriseerd servicecentrum voor 
inspectie.
•  
Controleer of de oplader voldoet aan de vereisten 
van clausule 2.5 in IEC60950-1/EN60950-1/
UL60950-1 en is getest en goedgekeurd volgens de 
nationale of plaatselijke normen.
•  
Sluit het apparaat uitsluitend aan op producten die 
het USB-IF-logo hebben of die het USB-IF-
nalevingsprogramma hebben voltooid.
Veilig batterijgebruik
•  
Breng de batterijpolen niet in contact met geleiders, 
zoals sleutels, sieraden of andere metalen 
materialen. Dat kan kortsluiting van de batterij en 
letsel of brandwonden veroorzaken.
•  
Houd de batterij uit de buurt van extreme hitte en 
direct zonlicht. Plaats de batterij niet in of op 
warmteapparaten, zoals magnetrons, kookplaten of 
radiatoren. De batterij kan bij oververhitting 
exploderen.