14
4
5
3
1
9
10
7
8
6
LASER LASER LASER LASER
2
Laseruitlaat
Schuifschakelaar
a AAN
b Neigingsmodus
c UIT / Transportbeveiliging
Batterijvakje (onderzijde)
5/8”-schroefdraad
(onderzijde)
1/4”-schroefdraad
(onderzijde)
Handontvangermodus
LED Handontvangermodus
Led-nivellering
rood: nivellering uit
groen: nivellering aan
LED-bedrijfsindicator
Keuzetoets laserlijnen
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
Schakel vóór het transport
altijd alle lasers uit, zet
de pendel vast en de
schuifschakelaar op 'OFF'!
!
Horizontaal en verticaal nivelleren
Deactiveer de transportbeveiliging en zet de schuifschakelaar (2) op 'ON'. Het laserkruis verschijnt.
Met behulp van de keuze-toets kunnen de laserlijnen afzonderlijk worden geschakeld.
Voor de horizontale en verticale nivellering moet de transportbeveiliging gedeactiveerd zijn. De
led brandt constant groen. Zodra het apparaat zich buiten het automatische nivelleerbereik van
3° bevindt, knipperen de laserlijnen en brandt de led rood. Positioneer het apparaat zodanig dat
het zich binnen het nivelleerbereik bevindt. De led schakelt weer over naar groen en de
laserlijnen branden constant.
!
2
a b c
NL