NL
- 72 -
BELANGRIJKE
AANWIJZINGEN VOOR
DE VEILIGHEID VAN
VOEDINGSMIDDELEN
1. Opgelet! Vacuümeer nooit
knoflook of paddenstoelen.
Er vindt een gevaarlijke
chemische reactie plaats, als
lucht wordt onttrokken van
deze voedingsmiddelen, wat de
vertering ervan gevaarlijk maakt.
2. Groente moet voor het vacuüm
verpakken geblancheerd,
afgekoeld en afgedroogd
worden.
3. Het diepvriezen op -17°C
kan micro-organismen niet
vernietigen, de groei ervan
echter wel stoppen. Vries
bederfelijke, vacuüm verpakte
levensmiddelen voor het
langdurig opslaan altijd in.
4. U kunt de groei van micro-
organismen reeds bij
temperaturen van 4°C of
minder significant reduceren.
Verse voedingsmiddelen
(vlees, groente, kaas, etc.)
dienen na het vacuüm
verpakken zelfs met 1°C
minder worden gekoeld of
ingevroren om het verderven
te verhinderen.
5. Groente uit de familie van
de kruisbloemigen (broccoli,
kiemgroente, witte kool,
bloemkool, groene kool, bieten)
scheiden tijdens het opbergen
natuurlijke gassen af. Ze mogen
daarom na het blancheren en
vacuüm verpakken uitsluitend
in de diepvriezer worden
bewaard.
6. Verpak uitsluitend verse
voedingsmiddelen. Verpak
geen oude of ranzige
voedingsmiddelen. Een reeds
verdorven product wordt
door het vacuüm verpakken
niet beter. Het kan de
kwaliteitsveranderingen alleen
verlangzamen.
7. Het vacuüm verpakken is
geen vervanging voor het koel
bewaren of diepvriezen. Alle
verderfbare levensmiddelen
die koel moeten worden
bewaard, moeten ook na het
vacuüm verpakken gekoeld of
ingevroren worden.
8. Vacuüm verpakken verwijdert
een hoog percentage van de
lucht. Het verlangzaamt de
groei van de meeste aerobe
micro-organismen, die ervoor
verantwoordelijk zijn dat
levensmiddelen bederven.
Sommige soorten bacteriën,
zoals bijvoorbeeld clostridium
botulinum (verantwoordelijke
voor botulisme) zijn echter
anaerobe en groeien ook bij
ontbrekende zuurstof.
9. Levensmiddelen, de gevoelig
zijn voor botulinum-bacteriën
(zoals varkens- en rundvlees)
dienen voor het kortstondig
bewaren gekoeld en voor het