48
De slang aansluiten
De watertoevoerslang aansluiten
OPMERKING :
Na het aansluiten van de slang, draait u de kraan langzaam open en controleert
u of er geen lek is.
De slang niet verdraaien, platdrukken, wijzigen of doorknippen.
De afvoerslang installeren
Om een afvoerslang te installeren, gebruik een van de volgende methoden:
Zorg ervoor dat de afvoerslang niet wordt gebogen, bekneld of verlengd.
1. Bevestig een uiteinde van de
slang aan de waterinlaat op
het apparaat en draai deze
met de hand vast.
2. Bevestig het andere uiteinde
van de slang aan de kraan en
draai deze met de hand vast.
• Steek de slang in een
afvoergat.
Drain hole
Max.100cm
Min.60cm
• Sluit de afvoerslang aan op
een insteekeinde van een
gootsteen.
De afvoerslang mag
niet hoger dan 100
cm boven de vloer
worden geplaatst.
Water in het
apparaat wordt niet
of traag afgevoerd
als het boven deze
hoogte is.