6.4 Elektrische aansluiting
De stroomtoevoer voor de warmtepomp moet bij voorkeur afkomstig zijn van een exclusief circuit met regulerende
beschermingscomponenten (30mA differentiaalbeveiliging) en een magnetothermische schakelaar.
- De elektrische installatie moet worden uitgevoerd door een gespecialiseerde vakman (elektricien) in
overeenstemming met de normen en voorschriften die gelden in het land van installatie.
- Het warmtepompcircuit moet worden aangesloten op een veiligheidscircuit op het klemmenblok.
- De kabels moeten correct zijn geïnstalleerd om interferentie te voorkomen.
- De pomp is bedoeld voor aansluiting op een algemene voeding met een aardaansluiting.
- Sectie van de kabel; Dit gedeelte is indicatief en moet worden gecontroleerd en aangepast aan de behoeften en
gebruiksomstandigheden.
- De tolerantie van een acceptabele spanningsvariatie is +/- 10% tijdens bedrijf.
De verbindingen moeten worden gedimensioneerd op basis van de kracht van het apparaat en de staat van
installatie.
Maximale lengte van de draad
Deze waarden worden als richtlijn gegeven, alleen de tussenkomst van een geautoriseerde
technicus kan de waarden bepalen die overeenkomen met uw installatie.
De elektrische leiding moet zijn voorzien van een aardaansluiting en een stroomonderbreker met een
verschil van 30 mA in het hoofd.