95
NEDERLANDS
2. Plaats het nieuwe zaagblad op de binnenste flens
33
en let er daarbij
op dat de tanden van de onderste rand van het zaagblad naar de
langsgeleiding wijzen (weg van de gebruiker).
3. Plaats de buitenste flens
4
weer, en let er daarbij op dat de
locatieogen
34
goed zijn vastgezet, aan iedere zijde van de
motoraséén.
4. Draai de bout van het zaagblad
5
vast door de bout naar links te
draaien terwijl u de 6 mm inbussleutel
24
met uw andere hand
vasthoudt (Afb.D).
WAARSCHUWING! Bedenk dat het zaagblad alleen op de wijze
zoals wordt beschreven, moet worden vervangen. Gebruik alleen
zaagbladen die worden aangeduid bij Technische Gegevens; Cat. nr.:
DT4320 wordtgeadviseerd.
AANPASSINGEN
WAARSCHUWING: Beperk het gevaar op ernstig persoonlijk
letsel tot een minimum: zet de machine uit en neem de accu
uit, voordat u een aanpassing uitvoert of hulpstukken of
accessoires verwijdert/installeert. Wanneer de machine per
ongeluk wordt gestart, kan dat leiden totletsel.
Uw verstekzaag is in de fabriek nauwkeurig afgesteld. Als ten gevolge
van het vervoer, van werkzaamheden of een andere oorzaak een nieuwe
afstelling nodig is, volg dan onderstaande stappen voor het afstellen van uw
zaag. Wanneer deze aanpassingen zijn uitgevoerd, zouden zij nauwkeurig
moetenblijven.
De rails afstellen voor een constante zaagdiepte
(Afb.A,B,F,G)
Het zaagblad moet over de gehele lengte van de tafel op een constante
zaagdiepte zagen en mag niet de vaste tafel aan de achterzijde van de sleuf
of aan de voorzijde van de roterende arm raken. Om dit te bewerkstelligen
moet de rails volkomen parallel aan de tafel zijn afgesteld, wanneer de
zaagkop volledig wordtingedrukt.
1. Druk op de vrijgavehendel van de onderste beschermkap
2
(Afb. A).
2. Druk de zaagkop geheel naar de achterste stand en meet de hoogte
van de roterende tafel
13
tot de onderzijde van de buitenste flens
4
(Afb.F).
3. Draai de railvergrendelknop
17
(Afb.B).
4. Houd de zaagkop volledig ingedrukt en duw de kop naar de
uiterstestand.
5. Meet de hoogte die wordt aangeduid in afbeelding l opnieuw. De twee
waarden moeten gelijkzijn.
6. Ga als volgt te werk, als aanpassing nodig is (Afb. G):
a. Draai de borgmoer
37
in de beugel
35
los en stel de schroef
36
af,
ga in kleine stappen tewerk.
b. Zet de borgmoer
37
vast.
WAARSCHUWING: Controleer altijd dat het zaagblad de tafel niet
raakt aan de achterzijde van de sleuf of aan voorzijde van de roterende
arm, op de schuine posities van 90° verticaal en 45°. Zet de zaag pas
aan als u dat hebtgecontroleerd!
De langsgeleiding aanpassen (Afb.H)
Draai de vergrendelknop van de schuivende langsgeleiding
8
naar links
los. Verplaats de schuivende langsgeleiding
15
naar een positie waar
het zaagblad deze niet raakt, zet vervolgens de vergrendelknop van de
langsgeleiding vast door deze naar rechts tedraaien.
WAARSCHUWING:De geleidingsgroeven kunnen verstopt raken
met zaagsel. Reinig de geleidingsgroeven met een stok of lucht onder
lagedruk.
Het zaagblad controleren en aanpassen aan de
langsgeleiding (Afb. A, B, I, J)
1. Maak de verstekgrendel
12
los.
2. Plaats uw duim op de verstekarm
11
en knijp de verstekgrendel
12
zodat de roterende tafel/verstekarm
13
loskomt.
3. Zwaai de verstekarm tot de vergrendeling zich in de verstekpositie voor
de zaagsnede op 0°bevindt.
4. Trek de kop naar beneden en vergrendel de kop in deze positie met de
vergrendelpen
21
Afb. B.
5. Controleer dat de twee 0°-markeringen
38
op de
verstekschaalverdeling
14
net zichtbaarzijn.
6. Plaats de verstekhaak
40
(Afb. J) tegen de linkerzijde van de
langsgeleiding
15
en het zaagblad
7
.
WAARSCHUWING: Raak de punten van de tanden van het zaagblad
niet met de verstekhaakaan.
7. Ga als volgt te werk, als aanpassing nodig is:
a. Draai de schroeven
39
(Afb.I).los en verplaats de schaalverdeling/
verstekarm in z’n geheel naar links of naar rechts tot het zaagblad
in een hoek van 90° staat ten opzichte van de langsgeleiding, zoals
wordt gemeten met de verstekhaak (Afb.J).
b. Zet de schroeven weer vast
39
.
Het zaagblad controleren en aanpassen aan de tafel
(Afb. K–M)
1. Maak de klemhandgreep van de schuine hoek
18
los (Afb.L).
2. Druk de zaagkop naar rechts zodat deze volledig verticaal is en zet de
klemhandgreep van de hoekvast.
3. Plaats de verstekhaak
40
op de tafel en tegen het zaagblad
7
(Afb.K).
WAARSCHUWING: Raak de punten van de tanden van het zaagblad
niet met de verstekhaakaan.
4. Ga als volgt te werk, als aanpassing nodig is:
a. Draai de klemhandgreep van de schuine hoek
18
los en draai de
schroef van de stop voor de aanpassing van de verticale positie
41
in of uit tot het zaagblad in een hoek van 90° staat ten opzichte van
de tafel, gemeten door deverstekhaak.
b. Als de aanwijzer van de schuine zaagsnede
42
niet op nul staat op
de schaalverdeling
19
, draai dan de schroeven
43
waarmee de
schaalverdeling vaststaat, los en verplaats deschaalverdeling.
De afschuinhoek controleren en aanpassen
(Afb.A,L,M)
Met de override van de schuine hoek kan de maximale afschuinhoek, op 45°
of 48° wordeningesteld.
- Links = 45°
- Rechts = 48°
1. Controleer dat de override-knop
29
(Afb.L)in de linkerpositiestaat.
2. Maak de klemhandgreep van de schuine hoek
18
en verplaats de
zaagkop naarlinks.
3. Dit is de positie voor de schuine hoek van 45°.
4. Als aanpassing nodig is, draai dan de stopschroef
44
in of uit, tot de
aanwijzer
42
op 45°staat.
Voordat u het gereedschap in gebruik neemt
• Plaats de verlengingen van de onderplaat aan beide zijden van de
onderplaat van de zaag. Raadpleeg het gedeelte De handgrepen aan
de onderplaatmonteren.
• Controleer de kap van de beschermende riem op beschadiging en
controleer de juiste werking van de onderstebeschermkap.
• Het is belangrijk dat u de zaagplaat gebruikt. Gebruik de machine niet
als de zaagsleuf breder is dan 12mm.
• Plaats het juiste zaagblad. Gebruik geen zeer versleten zaagbladen. De
maximale rotatiesnelheid van het gereedschap mag niet hoger zijn dan
die van hetzaagblad.