1
Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het
stopcontact.
2
Druk op de kabeloproltoets (afb.
1
/
7
),
tot de kabel helemaal ingetrokken is (afb.
7
).
3
Hang het met telescoopbuis of handgreep ver-
bonden vloer- of parketmondstuk in de parkeerhou-
der (afb.
1
/
8
) (afb.
12
).
Apparaat onderhouden
Stofbak legen
1
Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het
stopcontact.
2
Druk op de stofbak-ontgrendeling
(afb.
1
/
6
) en neem de stofbak uit de console in het
apparaat (afb.
13
).
3
Houd de stofbak vlak boven
een vuilnisbak en ontgrendel de stofbak (afb.
14
).
4
Doe de inhoud van de stofbak in een vuilnisbak.
Klop de stofbak lichtjes uit om vuil los te maken.
5
Sluit de geleegde stofbak.
6
Plaats de stofbak weer
in de console in het apparaat, tot deze voelbaar ver-
grendeld wordt.
Separator en lter reinigen
AANWIJZING:
Om het zuigvermogen te behouden, moeten
het apparaat, de separator en het motorbescher-
mingslter regelmatig gereinigd worden. Leeg
en reinig de stofbak uiterlijk zodra de reinigings-/
ledigingsindicator brandt (afb.
13
).
1
Haal de stofbak uit het apparaat, >”Stofbak legen”
op pagina 48.
2
Druk op de bovenste stofbakdekse-
lontgrendeling (afb.
1
/
1
).
3
Verwijder het motor-
beschermingslter (afb.
15
).
4
Neem de separator
met separatordeksel uit de stofbak (afb.
16
).
5
Ont-
grendel het separatordeksel (afb.
17
).
6
Verwijder
het separator-deksel (afb.
18
).
7
Verwijder de sepa-
rator en gooi de inhoud ervan weg in een vuilnisbak.
8
Reinig het motorbeschermingslter en de separa-
tor grondig onder stromend water.
9
Laat de gerei-
nigde onderdelen minimaal 24 uur volledig drogen.
10
Plaats het separatordeksel in de separator
(afb.
19
).
11
Plaats de separator met separator-deksel
in de stofbak (afb.
20
).
12
Plaats het motorbescher-
mingslter op de stofbak (afb.
21
).
13
Sluit het stof-
bakdeksel.
14
Plaats de stofbak weer terug in de con-
sole in het apparaat. De stofbak moet daarbij voel-
baar vergrendeld worden.
Uitblaaslter reinigen
ATTENTIE!
De jne lamellen van het uitblaaslter zijn gevoe-
lig. Reinig de lamellen nooit met water en gebruik
uitsluitend zachte borstels om te reinigen.
AANWIJZING:
Vervang beschadigde, verkleurde of vervormde
uitblaaslters door nieuwe.
1
Druk op de toets voor het ontgrendelen van de af-
dekking van het uitblaaslter en klap de afdekking
van het uitblaaslter naar achteren toe weg (afb.
22
).
2
Verwijder het uitblaaslter door aan de vergren-
deling te trekken (afb.
23
).
3
Klop het uitblaaslter
voorzichtig uit.
4
Reinig het uitblaaslter voorzich-
tig met een zachte borstel.
5
Plaats het uitblaaslter
weer in de console in het apparaat (afb.
23
).
6
Plaats de uitblaaslter-afdekking weer terug.
7
Vergrendel de uitblaaslter-afdekking, door deze
rechtsom te draaien.
Mini-turbomondstuk reinigen
1
Trek het mini-turbomondstuk van de handgreep
resp. van de telescoopbuis af.
2
Draai de borgring
linksom (afb.
24
).
3
Klap de bovenkant van de be-
huizing van de mini-turbomondstuk voorzicht om-
hoog (afb.
25
).
4
Reinig de borstel grondig met de
hand. Maak bij hardnekkige verontreinigen voorzich-
tig gebruik van een pincet of een schaar (afb.
26
).
5
Plaats de bovenkant van de behuizing op de 4
neuzen van de onderkant van de behuizing en klap
de bovenkant van de behuizing vervolgens voorzicht
dicht.
6
Draai de borgring rechtsom.
Toebehoren
• Filterset (1 Dual-motorbeschermingslter, 1 uit-
blaaslter) – 2225001 (afb.
27
/A)
• Filtereenheid (lterzeef, lterbeker) – 2210005
(afb.
27
/B)
• 1 parketborstel – M203-5 (afb.
27
/C)(*)
• 1 mini-turboborstel “Fellino” – M219 (afb.
27
/F)(*)
• 1 midi-turboborstel – M221 (afb.
27
/G)(*)
• 1 lang, exibel voegenmondstuk – M232
(afb.
27
/H)(*)
• 1 hardevloermondstuk – M236-1 (afb.
27
/D)(*)
• 1 tapijtmondstuk – M242 (afb.
27
/E)(*)
(*) optioneel
Problemen verhelpen
Voordat u contact opneemt met onze klantenser-
vice of het apparaat naar de Dirt Devil-klantenservice
stuurt, kunt u vooraf veel aanvullende aanwijzingen
voor oplossing en verhelping vinden in het service-
gedeelte van onze website:
www.dirtdevil.de/service
WAARSCHUWING!
Voordat u fouten gaat opsporen schakelt u het
apparaat uit. Gebruik nooit een defect apparaat.
!
48
NL