59
7. Hulp bij problemen
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Geen resp. weinig spoeling
> Start de
systeemdiagnose.
Vuilzeef vervuild. > Reinig het vuilzeef.
Haakse afsluiter gesloten > Open de haakse afsluiter.
Batterij leeg. > Vervang de batterij.
Slang in elkaar gedrukt of
geknikt
> Controleer de slangen.
Elektronica en magneet-
klep niet op elkaar aan-
gesloten.
> Controleer de verbin-
dingskabel.
Magneetklep defect. > Vervang de magneetklep.
Geen inbedrijfstelling
mogelijk.
Inbedrijfstelling reeds
plaatsgevonden.
> Voer een reset uit (sie
par. 5.4.3)
Batterij leeg.
> Plaats een nieuwe
batterij.
Netadapterkabel verkeerd
aangesloten.
> Sluit de netadapter op de
juiste manier aan.
Geen netaansluiting.
> Sluit de elektronische
eenheid op het net aan.
Netadapter defect. > Vervang de netadapter.
Elektronische eenheid
defect.
> Vervang de elektronische
eenheid.
3 lange geluidssignalen
i.p.v. spoeling.
Batterij bijna leeg of leeg. > Vervang de batterij.