NL 17
Bediening van het toestel
A. De knop voor de instelling van de temperatuur en in- en uitschakeling van het toestel.
In-/uitschakeling van het toestel
Inschakeling: draai de knop van de thermostaat met de wijzers van de
klok mee richting stand 3.
Uitschakeling: draai de knop terug in de STOP (.) stand.
Temperatuurkeuze van het toestel
De hogere standen van de knop (naar de 5) betekenen lagere
temperaturen (kouder) in alle delen van het toestel. De temperatuur in
de koelkast kan ook onder de 0 °C vallen. De hogere standen worden
alleen gebruikt als een lagere koelingstemperatuur gewenst is en
aanbevolen wordt of als de omgevingstemperatuur lager is dan 16°C.
Bij een normale omgevingstemperatuur bevelen wij een nominale
waarde aan.
• Verandering van de omgevingstemperatuur heeft invloed op de
temperatuur in het toestel. De instelling van de thermostaat dient
overeenkomstig te worden aangepast.
BEDIENING
To Next Page
Loading...
