39 
Het is niet koud 
genoeg in het 
apparaat. 
•  De temperatuur is te hoog 
ingesteld. 
•  Stel de temperatuur opnieuw in. 
•  Er zijn te warme producten 
opgeslagen. 
•  Koel de producten altijd 
af voordat u ze opbergt. 
•  Er is te veel voedsel in één keer 
bewaard. 
•  Bewaar altijd kleine 
hoeveelheden voedsel. 
•  De producten zijn te dicht bij elkaar 
geplaatst. 
•  Laat een gat tussen 
verschillende 
voedingsmiddelen waardoor 
lucht kan stromen. 
•  Een deur/lade van het apparaat 
zit niet goed dicht. 
•  De deur/lade is te vaak of te lang 
geopend. 
•  Open de deur/lade niet te vaak. 
Het is te koud in het 
apparaat. 
•  De temperatuur is te laag ingesteld. 
•  Stel de temperatuur opnieuw in. 
•  De Super Frz-/Super-Cool-functie 
wordt geactiveerd of loopt te lang. 
•  Schakel de Super Frz-/ 
Super-Cool-functie uit. 
Vochtvorming aan 
de binnenkant 
van het 
koelkastgedeelte. 
•  Het klimaat is te warm 
en te vochtig. 
•  Verhoog de temperatuur. 
•  Een deur/lade van het apparaat 
zit niet goed dicht. 
•  De deur/lade is te vaak of te lang 
geopend. 
•  Open de deur/lade niet te vaak. 
•  Voedselbakjes of vloeistoffen zijn 
open gelaten. 
•  Laat warm voedsel afkoelen tot 
kamertemperatuur en dek 
voedsel en vloeistoffen af. 
Vocht hoopt zich 
op het oppervlak 
aan de buitenkant 
van de koelkast 
en tussen 
de deuren/deur 
en lade op. 
•  Het klimaat is te warm 
en te vochtig. 
•  Dit is normaal in een vochtig 
klimaat en zal veranderen 
wanneer de luchtvoch-
tigheid daalt. 
•  De deur is niet goed gesloten. 
De koude lucht in het apparaat 
en de warme lucht buiten 
condenseert. 
•  Zorg dat de deur/lade goed 
dicht zit. 
Veel ijs en rijp in het 
vriezergedeelte. 
•  De etenswaren zijn niet 
goed verpakt. 
•  Verpak de etenswaren 
altijd goed. 
•  Een deur/lade van het apparaat 
zit niet goed dicht. 
•  De deur/lade is te vaak of te lang 
geopend. 
•  Open de deur/lade niet te vaak. 
•  De deur-/ladepakkingen zijn vuil, 
versleten, gebarsten of niet goed 
op elkaar afgestemd. 
•  Reinig de deur-/ladepakkingen 
of vervang ze door nieuwe. 
•  Iets aan de binnenkant voorkomt 
dat de deur/lade goed kan sluiten. 
•  Verplaats de planken, 
deurrekken of interne container 
zodat de deur/lade kan worden 
gesloten.