2. Focusring/-knop: Pas de focus aan om duidelijke doelen te verkrijgen.
3. Knoppen: voor het instellen van functies en parameters.
4. Bevestigingsring: Houdt het opklembare oogstuk op de juiste plaats.
5. Interfacetype C: Sluit het apparaat aan op de elektriciteit of verzend gegevens met een type-C-kabel.
6. Batterijvakje: Voor plaatsing van de batterij.
Toelichting van de knoppen
Druk op: Stand-bymodus/apparaat activeren | Ingedrukt houden:
In-/uitschakelen
* De voedingsindicator blijft stabiel rood wanneer het apparaat aan is.
Druk op: Paletten wisselen | Ingedrukt houden: Corrigeren niet-uniformiteit
van weergave (FFC)
Druk op: Momentopnames vastleggen | Ingedrukt houden: Opname
starten/stoppen
Druk op: Snelmenu oproepen | Ingedrukt houden: Hoofdmenu
openen/afsluiten en snelmenu afsluiten
Druk op: Wis/toon alle OSD-informatie op de liveweergave-interface.