Product in de werkstand zetten
1. Klap de hendel naar achteren.
2. Beweeg de onderste knoppen naar de handgreep tot
ze stoppen en u een klik hoort.
3. Klap de bovenste hendel volledig op.
4. Draai de bovenste knoppen volledig vast.
WAARSCHUWING:
Gebruik het
product niet als de hendel niet volledig is
opgeklapt en in een van de toepasselijke
hoogteposities is gezet. Zie
Hoogte van de
hendel afstellen op pagina 362
.
Maaihoogte afstellen
1. Breng de maaihoogtehendel naar achteren om de
maaihoogte te vergroten.
2. Breng de maaihoogtehendel naar voren om de
maaihoogte te verkleinen.
OPGELET: Stel de maaihoogte niet te
laag in. Als het oppervlak van het gazon niet
waterpas is, kunnen de messen de grond
raken.
Accu
WAARSCHUWING: Voordat u het
product gebruikt, dient u het hoofdstuk
over veiligheid te lezen en hebben
begrepen. Zorg er ook voor dat u de
bedieningshandleiding bij de accu en de
acculader hebt gelezen en begrepen.
Houd de accu en de acculader in de correcte
omgevingstemperaturen.
Omgevingstemperatuur
Accu gebruiken 5 °C – 40 °C
Accu laden 5 °C – 40 °C
Accustatus
Het display geeft de resterende accucapaciteit aan
en geeft aan of er problemen zijn met de accu. De
accucapaciteit wordt gedurende 5 seconden nadat het
product is uitgeschakeld, weergegeven na het indrukken
van de accu-indicatorknop. Het waarschuwingssymbool
364
1692 - 003 - 15.12.2021