Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
De motor loopt niet gelijkma-
tig.
De ontstekingskabel is niet correct aan-
gesloten.
Sluit de ontstekingskabel aan op de bou-
gie.
De brandstofleiding is verontreinigd of de
brandstof is verouderd.
Maak de brandstoftank schoon. Vul de
brandstoftank met nieuwe brandstof van
het juiste type.
De brandstoftankdop is verstopt. Reinig de brandstoftankdop.
Er is water of vuil in het brandstofsys-
teem.
Tap de brandstoftank af. Vul de brand-
stoftank met nieuwe brandstof van het
juiste type.
Het luchtfilter is vuil. Maak het luchtfilter schoon.
De carburateur moet worden afgesteld. Laat de carburateur afstellen door een
servicedealer.
De motor wordt te heet. Het motoroliepeil is te laag. Vul motorolie bij.
De luchtstroom is onvoldoende. Reinig het luchtfilter en het luchtfilter-
huis.
De carburateur moet worden afgesteld. Laat de carburateur afstellen door een
servicedealer.
De motor slaat over wanneer
deze op hoge snelheid draait.
De elektrodenafstand van de bougie is te
klein.
Stel de elektrodenafstand af.
Ongewone geluiden van de
motor tijdens normale belas-
ting.
Verkeerd type benzine. Tap de brandstoftank en de carburateur
af. Vul bij met nieuwe benzine. Zie
Brandstofsysteem controleren op pagina
267
. Indien het probleem zich blijft voor-
doen, neem dan contact op met uw
plaatselijke servicedealer.
De motor draait niet soepel bij
stationair toerental.
De bougie is vervuild, defect of de elek-
trodenafstand is te groot.
Pas de elektrodenafstand aan of ver-
vang de bougie.
De carburateur moet worden afgesteld. Stel de carburateur af.
Het luchtfilter is vuil. Maak het luchtfilter schoon.
Vervoer, opslag en verwerking
Transport en opslag
• Controleer voor opslag en vervoer van het product
en de brandstof of er geen lekken of dampen zijn.
Vonken of open vuur, bijvoorbeeld van elektrische
apparaten of ketels, kunnen tot brand leiden.
• Gebruik altijd goedgekeurde containers voor opslag
en transport van brandstof.
• Leeg de brandstoftank voordat u het product voor
langere tijd opslaat. De brandstof via een geschikte
verwijderinglocatie afvoeren
• Zet het product tijdens het vervoer veilig vast om
schade en ongevallen te voorkomen.
• Bewaar het product in een afgesloten ruimte om
toegang door kinderen of onbevoegde personen te
verhinderen.
• Bewaar het product in een droge en vorstvrije
ruimte.
Transport en opslag voor accu en
oplader
• Verwijder de accu pas als het product stilstaat en
afgekoeld is. Om de accu te verwijderen, houdt u de
knop bovenop de accu ingedrukt en verwijdert u
deze uit de sleuf.
808 - 006 - 22.10.2021 269