nederlandse 29
houder en draai de bouten goed vast. Druk voor het vast-
draaien van de bouten de bovenste arm van de zaag iets
naarbeneden(Fig.10).
4 Span het blad met het spanhendel door deze in de rich-
tingvandewijzersvandekloktedraaien.Controleerde
spanning van het blad. Draai verder in de richting van de
wijzersvandeklokomhetbladstrakkertespannen(Fig.
11).
OPMERKING: Als het blad te strak gespannen is, kan het
hendel moeilijk weer worden geopend.
B. Zaagblad met stiften
OPMERKING: Tijdens het gebruik van zaagbladen met stif-
ten moeten de bovenste en onderste zaagbladhouders niet
te strak vastdraaien.
De spieet tussen de houderblokken moet iets breder zijn
danhetzaagblad.Nademontagewordthetbladdoorde
spaninrichting vastgehouden.
B.1 Eraf haien van de zaagbladen, Fig. 7
1. Voor het eraf haien van het zaagblad lost u eerst de
spanning met het spanhendei.
2. Haal het zaagblad uit de bovenste en onderste houder.
Oruk voor het vastdraajen van de bouten de bovenste
arm van de zaag jets naar beneden
B.2 Inzetten van het zaagblad
1 Steek het ene uiteinde van het zaagblad door de ope-
ning in de tafel en zet de stiften van het zaagblad in de
uitholling. Herhaal de handeling bij de bovenste zaag-
bladhouder. Druk voor het vastdraaien van de bouten de
bovenstearmvandezaagietsnaarbeneden(Fig.9,10,
13).
2Controleerdepositievandestiftenvanhetzaagbladop
debeidehouders(Fig.12).
3Spanhetbladmethetspanhendel.Controleerdespan-
ning van het blad. Draai het hendei verder in de richting
van de wijzers van de klok om het blad strakker te span-
nen(Fig.11).
OPMERKING: Als het blad te strak gespannen is, kan het
hendel moeilijk weer worden geopend.
Grondbeginselen van de bediening
Een decoupeerzaag is eigenlijk een gereedschap voor het
zagen van bochten. waarmee echter ook recht en schuin
kan worden gezaagd. Voor het in gebruik nemen van de
zaag moet u zich met de volgende belangrijke punten ver-
trouwd maken.
• Dezaagzaagthautnietvanzelf.Umoethethauttegen
het bewegende zaagblad te duwen.
• Hetzagengeschiedtalleentijdensdeneerwaartsebewe-
ging van het zaagblad.
• Duwhethautlangzaamtegenhetzaagblad,aangezien
de tanden van het zaagblad klein zijn en alleen tijdens
de neerwaartse beweging zagen.
• ledereendiemetdezaagwerkt,moetge‘jnstrueedwor-
den. Gedurende deze instructietijd, als de bediener nog
niet met de zaag vertrouwd is, kunnen er zaagbladen
breken.
• Debesteresultatenworden bereikt met houten platen
met een dikte van minder dan 25,4 mm.
• Alsuhoutenplatendiedikkerdan25,4mmzijn,wilt
zagen, moet u het hout zeer langzaamtegen het zaag-
blad duwen en plotselinge bochten vermijden om te voor-
komen dat het zaagblad breekt.
• Detandenvaneenzaagbladverslijtenmetdetijd;zaag
bladen moeten worden vervangen. Oe zaagbladen blijven
tot 2 uur scherp, al naar gelang de soort hout.
• Ompreciezezaagsnedentekrijgen,maetertijdenshet
zagen rekening mee hauden dat het zaagblad de nerf
van het haut valgt.
• deco 402/decotronic: Voorhetzagenvanedelmetaalen
niet ijzerhoudend metaal moet de snelheid tot een mi-
nimum worden gereduceerd. Gebruik bijen was voor het
smeren van het zaagblad als u metaal zaagt.
Zagen in het midden van een plaat
Waarschuwing: om verwondingen door per ongeluk starten
te voorkomen, schakelt u de zaag uit en trekt u de stekker
uit het stopcontact, voordat u met het monteren van de
zaagbladen begint.
Deze zaag is geschikt voor het midden in een plaat zagen,
d.w.z. voor zagen dat niet aan de rand van een plaat be-
gint. Ga daarbij als volgt te werk:
• Sooreengatvan6mminhetwerkstuk.
• Ontspande zaagbladspanner en haal hetzaagblad er-
uit.
• Plaatshet gatboven de zaagbladsleuf in dewerktafel
(zieafbeelding.
• Steekhetzaagbladdoorhetgatinhetwerkstukendoor
de zaagbladsleuf en bevestig het zaagblad op de hou-
ders.
• Alsuklaarbentmethetzagenineenwerkstuk,haaltu
het zaagblad eruit en verwijdert u het werkstuk van de
tafel.
m Electrische aansluiting
De geinstalleerde electromotor is klaar voor gebruik aan-
gesloten.
De netaansluiting bij de klant en het gebruikte verleng-
snoer moeten aan de geldige voorschriften voldoen.
Belangrijke opmerking
Bijoverbelastingvandemotorwordtdezeautomatischuit-
geschakeld.Naeenafkoelperiode(vantijdtottijdverschil-
lend)kandemotorweerwordeningeschakeld.
Beschadigde electro-aansluitings-kabels
Aan electrische aansluitingskabels ontstaan vaak isolatie-
schaden.
Oorzaken zijn:
• Kneuzingen, als de aanslutingskabel door venster of
deurkieren geleid wordt.
• Knikken door onjuiste bevestiging of geleiding van de
aansluitingskabel.
• Sneeëndooroverdeaansluitingskabelheenterijden.
• Isolatieschadendoorhetuitrukkenuithetstopcontact.
• Scheurendoorverouderingvandeisolatie.
Zulke beschadigde electro-aansluitingskabels mogen niet
gebruikt worden en zijn door de isolatischaden Ievensge-
vaarIijk.
Electrische aansluitingskabels regelmatig op schaden
contro leren. Let u er op, dat tijdens het controleren de aan-
slui tingskabel niet op het stroomnet is aangesloten.
Electrische aansluitingskabels moeten aan de voor uw land
geldende bepalingen voldoen.
Wisselstroommotor
• Denetspanningmoetovereenkomenmetdegegevensop
het typeplaatje van de motor.
• Verlengsnoeren moeten bijeen lengte van 25 m een
doorsnede van 1,5 mm
2
hebben, bij een lengte van meer
dan 25 m ten minste 2,5 mm
2
.
• Denetaansluitingheefteenzekeringvan16Atraag.
• Denetaanslutingmoeteenzekeringvanmaximaal16A