64
BEDIENINGSINSTRUCTIES 
OPMERKING:  Lees voor het gebruik 
van het gereedschap aandachtig het 
instructieboekje.
GEBRUIK VOLGENS BESTEMMING
Het elektrische gereedschap is bestemd 
voor het met vaste steun schaven van 
houtmaterialen zoals balken en planken. Het is 
ook geschikt voor het afschuinen van randen 
en voor het schaven van sponningen.
1. VEILIGHEIDSSCHAKELAAR 
De schakelaar wordt vergrendeld om te 
vermijden dat het gereedschap per ongeluk 
wordt gestart. Druk op de ontgrendelingsknop 
(2) en vervolgens op de aan/uit-schakelaar 
(1) zodat de ontgrendelingsknop wordt 
vrijgemaakt (2). De machine is nu in werking. 
Om dit uit te schakelen hoeft u alleen de aan/
uit-schakelaar los te laten (Zie A).
2. AFSTELLING SCHAAFDIEPTE
Een kleinere schaafdiepte van 0-1mm (max 
2mm) is de beste afstelling voor het schaven 
of de sponning van de meeste oppervlakken. 
Draai de afstelling voor de schaafdiepte (4) om 
de gewenste schaafdiepte in te stellen op de 
schaal. Schaalgradatie = 0,125mm). Wanneer 
u rechtsom draait wordt de schaafdiepte 
vergroot en wanneer u linksom draait wordt 
deze verkleind. (Zie B)
3. DE STOF- EN SPAANAFZUIGING 
AFSTELLEN
De stofafzuiging kan handmatig naar rechts of 
links worden afgesteld. Draai aan één uiteinde 
van de stofafzuiging (5) tot deze stopt (zie C). 
De pijl op de stofafzuiging geeft de richting 
aan van de stofafzuiging. 
OPMERKING: Door de grootte en het 
materiaal van sommige houtkrullen, bijv. 
nat of hard hout, is het mogelijk dat de 
stofafzuiging geblokkeerd raakt. Trek de 
stekker uit het stopcontact en gebruik 
vervolgens een houten stok om de 
geblokkeerde stofafzuiging vrij te maken.
4. VOET GRONDPLAAT
Til de achterkant van de schaafmachine op. 
Dankzij de voet van de grondplaat (6) kan 
de machine rechtstreeks worden neergezet 
en worden de snijmessen beschermd tegen 
schade en wordt het oppervlak beschermd 
tegen schade door de messen (Zie D). 
Wanneer u schaaft, wordt de voet weggeduwd 
door de rand van het hout. Controleer altijd 
of de voet vrij kan bewegen op de grondplaat 
(Zie E).
5. MESSEN MONTEREN EN VERVANGEN
WAARSCHUWING: Trek de 
voedingskabel uit de aansluiting 
voordat u eventuele aanpassingen 
uitvoert of de messen vervangt. 
Het mes heeft twee snijranden die kunnen 
worden omgekeerd. Wanneer u de messen 
van de schaafmachine vervangt of omdraait, 
zorgt de geleidergroef voor een constante 
hoogteafstelling. 
OPMERKING: Botte en versleten messen 
kunnen niet opnieuw worden geslepen 
en moeten worden vervangen.
Trek de stekker uit het stopcontact. Gebruik de 
bijgeleverde soksleutel (19) om de 3 bouten 
ongeveer 1/2 draai linksom los te maken (zie 
F). Houd de messenklem (7) op zijn positie en 
gebruik een stuk hout om het mes (8) uit de 
messenklem (7) te schuiven zodat u het mes 
kunt verwijderen (Zie F). 
OPMERKING. U hoeft de messenklem 
(7) niet te verwijderen, anders kunnen 
de fabrieksinstellingen voor de regeling 
van de snijbladhoogte wijzigen. Voordat u 
een nieuw mes plaatst of een mes omdraait, 
moet u het mes en de meshouder altijd 
schoonmaken als deze vuil zijn. Schuif het 
mes in de juiste richting in de messenklem. 
Controleer of het mes is uitgelijnd op de klem. 
Wanneer u de schroeven (10) vast maakt, 
moet u ervoor zorgen dat u de juiste volgorde 
voor het aanspannen volgt (
1
, 
2
, 
3
). Draai 
ze eerst met de hand voordat u start om te 
controleren of de rol ongehinderd kan draaien.
Draai de kop van het mes nog eens 180° 
en herhaal de procedure om het tweede 
schaafmes te demonteren.