Nederlands | 81
Bosch Power Tools 2 610 A13 330 | (5.8.10)
In- en uitschakelen
f Richt de laserstraal niet op personen of die-
ren (in het bijzonder niet op hun ooghoog-
te) en kijk zelf niet in de laserstraal (ook
niet van een grote afstand). Het meetge-
reedschap zendt onmiddellijk na het inscha-
kelen de variabele laserstraal 4 uit.
Als u het meetgereedschap wilt inschakelen,
drukt u kort op de aan/uit-toets 2. De indicaties
3, 1 en 6 lichten kort op. Het meetgereedschap
begint meteen met automatisch waterpassen.
Tijdens het waterpassen knippert de waterpasin-
dicatie 1 groen. De laser roteert niet en knippert.
Het meetgereedschap is waterpas gesteld zodra
de waterpasindicatie 1 continu groen brandt en
de laser continu schijnt. Nadat het waterpassen
is afgesloten, start het meetgereedschap auto-
matisch in de rotatiefunctie.
Het meetgereedschap werkt uitsluitend in de ro-
tatiefunctie met vaste rotatiesnelheid, die ook
voor de toepassing van een laserontvanger ge-
schikt is.
Bij fabrieksinstelling is de schokwaarschuwings-
functie automatisch ingeschakeld. De schok-
waarschuwingsindicatie 3 is groen verlicht.
Als u het meetgereedschap wilt uitschakelen,
drukt u kort op de aan/uit-toets 2. Als de
schokwaarschuwing is geactiveerd (schokwaar-
schuwingsindicatie 3 knippert rood) drukt u de
aan/uit-toets eenmaal kort in voor het opnieuw
starten van de schokwaarschuwingsfunctie en
vervolgens opnieuw kort voor het uitschakelen
van het meetgereedschap.
f Laat het ingeschakelde meetgereedschap
niet onbeheerd achter en schakel het meet-
gereedschap na gebruik uit. Andere personen
kunnen door de laserstraal verblind worden.
Het meetgereedschap wordt ter bescherming
van de batterijen automatisch uitgeschakeld
wanneer het zich langer dan 2 uur buiten het
zelfwaterpasbereik bevindt of de schokwaar-
schuwing langer dan 2 uur geactiveerd is (zie
„Automatisch waterpassen rotatielaser”,
pagina 81). Positioneer het meetgereedschap
opnieuw en schakel het weer in.
Automatisch waterpassen rotatielaser
Na het inschakelen controleert het meetgereed-
schap de horizontale stand en compenseert het
oneffenheden binnen het zelfwaterpasbereik
van ca. 8% (5°) automatisch.
Als het meetgereedschap na het inschakelen of
na een positieverandering meer dan 8 % scheef
staat, is waterpas stellen niet meer mogelijk. In
dit geval wordt de rotor gestopt. De laser knip-
pert en de waterpasindicatie 1 brandt continu
rood. Positioneer het meetgereedschap op-
nieuw en wacht het waterpassen af. Zonder op-
nieuw positioneren wordt na 2 minuten de laser
en na 2 uur het meetgereedschap automatisch
uitgeschakeld.
Nadat het meetgereedschap waterpas is ge-
steld, controleert het voortdurend of het water-
pas staat. Bij positieveranderingen wordt het
automatisch opnieuw waterpas gesteld. Ter
voorkoming van verkeerde metingen stopt de ro-
tor tijdens het waterpassen. De laser knippert
en de waterpasindicatie 1 knippert groen.
Schokwaarschuwingsfunctie
Het meetgereedschap bezit een schokwaar-
schuwingsfunctie. Deze voorkomt bij verande-
ringen van plaats en schokken van het meetge-
reedschap of bij trillingen van de ondergrond
het waterpas stellen op veranderde hoogte.
Daardoor worden hoogtefouten voorkomen.
Na het inschakelen van het meetgereedschap is
de schokwaarschuwingsfunctie bij fabrieksinstel-
ling ingeschakeld (de schokwaarschuwingsindi-
catie 3 brandt). De schokwaarschuwing wordt
ca. 30 seconden na het inschakelen van het
meetgereedschap resp. na het inschakelen van
de schokwaarschuwingsfunctie geactiveerd.
Als bij een plaatsverandering van het meetge-
reedschap het bereik van de waterpasnauwkeu-
righeid wordt overschreden of een sterke schok
wordt geregistreerd, wordt de schokwaarschu-
wing gegeven. De rotatie wordt gestopt, de laser
knippert, de waterpasindicatie 1 gaat uit en de
schokwaarschuwingsindicatie 3 knippert rood.
OBJ_BUCH-1179-001.book Page 81 Thursday, August 5, 2010 10:07 AM