NEDERLANDS
220
De bijgeleverde afstandsbediening is voorzien van een systeemoproepfunctie waarmee u een reeks
afstandsbedieningssignalen met een druk op een toets kunt doorzenden.
Met deze functie kunt u bijvoorbeeld de versterker inschakelen, de ingangsbron kiezen, en de monitor-tv
inschakelen. Schakel de broncomponenten in en begin de weergave met de bron, alles met één druk op een
toets.
Systeemoproep
1
Druk tegelijkertijd op de ON/SOURCE-toets en de OFF-toets.
“SET UP” verschijnt op het display van de
afstandsbediening.
3
Druk op de D en H cursortoetsen zodat “SYS CALL” op de
display van de afstandsbediening verschijnt en druk vervolgens
op de ENTER-toets.
• “SYSCALL” verschijnt op het display van de
afstandsbediening.
(1) Systeemoproeptoetsen
Systeemoproepsignalen kunnen via de knoppen CALL 1 en
CALL 2 opgeslagen worden.
Er kunnen onder elke toetsen 29 achtereenvolgende
handelingen worden opgeslagen.
(2) Opslaan van systeemoproepsignalen
4
Wanneer “SYSCALL” op het display verschijnt, verandert het
display van de afstandsbediening als volgt bij iedere druk op
de D en H cursortoetsen.
Wanneer “SYSCALL1” of “SYSCALL2” is geselecteerd,
worden de signalen opgeslagen in de SYSTEM CALL 1- en
CALL 2-toetsen (groen), ongeacht de modus. Zodra de knop
Enter is ingedrukt, verschijnt de weergave “ENTER KEYS”,
waarna de functieweergave verschijnt.
5
q Druk op de modus-keuzetoets naargelang
van de toets met de afstandsbedieningssignalen
die u wilt opslaan.
w
Druk achtereenvolgens op de toetsen met de
afstandsbedieningssignalen die u wilt opslaan.
6
Druk op de ENTER-toets.
•“COMPLETE” verschijnt op het
display van de afstandsbediening en
het opslaan is voltooid.
OPMERKINGEN:
• De afstandsbedieningssignalen van de toetsen waarop u drukte bij het opslaan van de
systeemoproepsignalen worden uitgezonden; denk eraan dat u de componenten niet ongewenst bedient
(dek bijvoorbeeld de afstandsbedieningssensoren af).
• Als u het aantal signalen dat kan worden opgeslagen overschrijdt, verschijnt “FULL” op het display van de
afstandsbediening en wordt alleen het mogelijke aantal signalen opgeslagen (maximaal 29 bewerkingen).
1
Druk op de toets waaronder de signalen voor de systeemoproep zijn opgeslagen.
• De opgeslagen signalen worden kort achter elkaar verzonden.
(3) Gebruik van de systeemopoepfunctie
Herstellen
1
Druk tegelijkertijd op de ON/SOURCE-toets en
de OFF-toets.
•“SET UP” verschijnt op het display van de
afstandsbediening.
3
Druk op de D en H cursortoetsen zodat
“RESET” op de display van de
afstandsbediening verschijnt en druk vervolgens
op de ENTER-toets.
(1) Herstellen van de systeemoproeptoetsen