89
NEDERLANDS
Montage
1. Maak de knop van de overlangsgeleiding
15
los.
2. Steek de overlangsgeleiding
16
in, zoals in AfbeeldingF
wordtgetoond.
3. Zet de knop
15
van de overlangsgeleiding stevigvast.
Gebruik de geleverde overlangsgeleiding alleen met de
cirkelzaag DCS391. Wanneer u deze overlangsgeleiding met
andere zagen gebruikt, kan dat het risico van terugslag en
letselvergroten.
Controleer voordat u een zaagsnede maakt, dat de
overlangsgeleiding stevig is vastgezet op hetgereedschap.
Controleer, nadat u de overlangsgeleiding op de zaag hebt
geplaatst of nadat u de geleiding op een andere breedte-
instelling hebt gezet, dat de onderste beschermkap goed werkt,
voordat u de zaag start en een zaagsnede maakt, zodat u zeker
weet dat de overlangsgeleiding niet de juiste werking van de
beschermkapbelemmert.
Verwisselen van het zaagblad (Afb.G)
1. Druk de zaagbladvergrendelingsknop
11
in en schroef
de zaagbladklemschroef
8
naar rechts los met de bij het
gereedschap geleverdeinbussleutel.
2. Open de onderste beschermkap van het zaagblad
7
m.b.v.
de hefboom
6
en vervang het zaagblad. Zet de ringen
(
18
,
19
) weer op dezelfde manierterug.
3. Controleer de draairichting van hetzaagblad.
4. Draai met de hand de zaagbladklemschroef
8
zodat de ring
op z’n plaats blijft. Draai naarlinks.
5. Druk de spindelvergrendeling
11
in en verdraai het
zaagblad totdat hetblokeert.
6. Zet de zaagbladklemschroef stevig vast met deinbussleutel.
Zaagbladen
WAARSCHUWING: Beperk het risico van verwonding
van de ogen, draag altijd oogbescherming. Carbide is een
hard maar bros materiaal. Voorwerpen in het werkstuk,
die er niet in horen, zoals draad of spijkers, kunnen tot
gevolg hebben dat de punt scheurt of breekt. Werk alleen
met de zaag wanneer een goede zaagbladbeschermkap
is geplaatst. Monteer vóór gebruik het zaagblad stevig en
let op de juiste draairichting, gebruik altijd een schoon,
scherpzaagblad.
WAARSCHUWING: Zaag met deze zaag geen
ferro-metalen (staal), metselwerk, glas, planken met
metselwerk, cementplaat oftegels.
Gebruik geen schurende schijven of diamantschijven. Een bot
zaagblad maakt dat het zagen langzaam en inefficiënt verloopt,
de motor wordt overbelast, er uitzonderlijk veel splinters
ontstaan en de mogelijkheid van de rugslag kantoenemen.
Als u hulp nodig hebt bij zaagbladen, neem dan contact op met
uw servicecentrum ter plaatse, zie de lijst op de achterzijde van
dehandleiding.
Voor gebruik
• Zorg dat de accu (helemaal) isopgeladen.
• Controleer of alle beschermkappen juist gemonteerd zijn.
De beschermkap van het zaagblad moet geslotenzijn.
• Controleer de draairichting van het zaagblad (zie pijl op
hetblad).
• Gebruik geen overmatig versletenzaagbladen.
BEDIENING
Instructies voor gebruik
WAARSCHUWING: Houd u altijd aan de
veiligheidsinstructies en van toepassing
zijndevoorschriften.
WAARSCHUWING: Om het gevaar op ernstig
persoonlijk letsel te verminderen, zet u het
gereedschap uit en ontkoppelt u de accu, voordat
u enige aanpassing maakt of hulpstukken of
accessoires verwijdert/installeert. Het onbedoeld
opstarten kan letselveroorzaken.
WAARSCHUWING: Draag altijd de juiste
gehoorbescherming. Onder sommige omstandigheden
en bij langdurig gebruik kan lawaai van dit product
bijdragen aangehoorverlies.
WAARSCHUWING!
• Zorg dat het te zagen materiaal goed isvastgezet.
• Druk zachtjes tegen het werktuig; vermijd het
uitoefenen van druk op de zijkant van het zaagblad.
Indien mogelijk werkt u met het zaagblok tegen het
werkstuk aangedrukt. Hiermee wordt schade aan het
blad voorkomen en gaat het werktuig niet schudden
entrillen.
• Vermijdoverbelasting.
• Laat het blad enkele seconden ronddraaien voordat u
gaatzagen.
Juiste positie van de handen (Afb.H)
WAARSCHUWING: Om het risico op ernstig persoonlijk
letsel te verminderen, dient u ALTIJD de handen in de
juiste positie te hebben, zoalsafgebeeld.
WAARSCHUWING: Om het risico op ernstig persoonlijk
letsel te verminderen, houdt u het ALTIJD stevig vast,
anticiperend op een plotselingreactie.
Houd het gereedschap vast bij de hoofdhandgreep
20
en de
hulphandgreep
12
zodat u de zaag goed kuntgeleiden.
In- en uitschakelen (Afb.A)
Om veiligheidsredenen is de Aan/Uit-schakelaar
2
van uw
gereedschap voorzien van een vergrendelknop
1
.
Ontgrendel het gereedschap door de vergrendelknop in
tedrukken.
U kunt de machine in werking zetten door op de Aan/Uit-
schakelaar
2
te drukken.