50
NEDERLANDS
Veranker de machine (Afb.A,D)
WAARSCHUWING: De machine moet te allen tijde waterpas en stabielstaan.
1. Verplaats de machine naar de gewenste locatie. Zie Transportalinea onderOnderhoud.
2. Er zijn gaten
28
in de poten geboord voor het op de vloer vastzetten van de machine.
Boor met behulp van deze gaten als sjablonen gaten van 10mm diameter en een
minimale diepte van 75mm.
3. Steek de ankerbouten
30
met ring
31
en moer
32
gedeeltelijk voorzien van
schroefdraad, door de gaten in de poten en in devloer.
OPMERKING: Gebruik FAZ ll 10/10 ankerbouten, apartverkrijgbaar.
4. Draai de moer
32
aan.
De automatische terugslag bevestigen (Afb.A,E–J)
1. De automatische terugslag is al gedeeltelijk gemonteerd zoals afgebeeld in Afb.E.
2. Schroef de automatische terugslag houdschroef
33
gedeeltelijk los met 6 mm
zeskantsleutel om ronddraaien van het automatische terugslagsysteem (Afb.F) mogelijk
temaken.
3. Ontgrendel en verplaats de kop (Afb.G).
4. Draai de automatische terugslag. Steek de tweede schroef
34
erin.
OPMERKING: Niet vastdraaien (Afb.H).
5. Stel de automatische terugslag in, waarbij u de juiste uitlijning met de rolkop
25
controleert (Afb.A,I).
6. De juk beweegstop moet worden aangepast zodat de jukassemblage steunen niet
de achterste limiet van de steunpunten raken. Past de beweegstop
35
aan totdat de
rubberen stop
36
tegen de achterkant van de behuizing voor zaagvergrendeling stoot
(Afb.J).
WAARSCHUWING: De kop moet altijd zijn vergrendeld in deruststand.
7. Draai alle schroevenvast.
Neem contact op met uw leverancier voor verdere informatie over de geschikteaccessoires.
De tafeluitbreiding monteren (Afb.A,K–R)
1. Monteer twee van de steunen voor tafeluitbreiding
37
aan iedere kant van de vaste
tafelbovenkant
5
met behulp`van de M8 x 25 bouten (Afb.K).
2. Plaats een tafeluitbreiding
22
,
23
op de tafeluitbreiding steun (Afb.L). Herhaal dit voor de
anderetafeluitbreiding.
3. Controleer dat de tafeluitbreiding op gelijke hoogte van de vaste tafelbovenkant zijn en
draai de bouten stevig met de handaan.
WAARSCHUWING: De tafeluitbreidingen en de vaste tafelbovenkant MOETEN op gelijk
hoogtezijn.
4. Steek 3 pluggen in de kleine, linker afscheiding
8
en 3 pluggen in de grotere rechter
afscheiding
9
(Afb.A,M).
5. Lijn de pluggen van de linker afscheiding uit met de gaten in de vaste tafelbovenkant aan
de linkerzijde, en druk ze stevig tegen elkaar (Afb.N).
6. Herhaal dit voor de rechterafscheiding.
7. Lijn de linker tafelstrips aan de achterkant
20
uit met de pluggen bij de linker afscheiding
en druk ze stevig tegen elkaar (Afb.O). Draai de tafelklem
38
vast met een inbussleutel
(Afb.P).
8. Steek een M8 x 25 schroef en D8 sluitring in de linker tafelstrip aan de achterkant en draai
deze stevig vast (Afb.Q,R).
9. Herhaal dit voor de rechter tafelstrip aan deachterkant.
De stof beschermkap monteren (Afb.S,T)
1. Bevestig de stofpoort in positie aan de achterkant van de kolombasis
2. Steek 3 M8 x 16 schroeven en D8 sluitringen in de stofpoort enbasisgaten.
3. Draai ze alle vast met 3 M8 moeren met behulp van een 13 mm inbussleutel en
opensleutelspanner.
De kabelsteun monteren (Afb.U,V)
1. Verwijder de kruiskopschroef
39
.
2. Monteer de kabelsteun
40
en breng de kruiskopschroef weeraan.
3. Verwijder de kabelklemmen
41
die zich op de arm bevinden en bevestig ze weer om de
kabel op zijn plaats tehouden.
WAARSCHUWING: Zorg dat de arm in horizontal en verticale richting kanbewegen.
De electronische besturingskast monteren (Afb.W)
Bedraad in de voedingskabel is de elektronische regelkast
27
die de geen-spanning
vrijgaveschakelaar
26
, het remtoestel en motoroverbelastingsbescherming met
automatischereset.
1. Verwijder de moeren van de schroeven
42
die uitsteken aan de achterkant van de
kast
27
.
2. Houd de kast tegen de achterkant van het tafelframe aan de linkerkant van de kolombasis
en steek de schroeven in de overeenkomstigegaten.
3. Breng de moeren weer aan op het uiteinde van de schroeven en draai zevast.
Het zaagblad bevestigen (Afb.X–GG)
WAARSCHUWING: Beperk het risico van persoonlijk letsel, draag werkhandschoenen
wanneer u met het zaagbladwerkt.
1. Zorg ervoor dat de armpositie op 0º staat en til de arm
14
in de hoogste stand (Afb.X).
2. Plaats één inbussleutel van 6 mm in de motoras en de andere inbussleutel van 6mm op
de schroef van het zaagblad (Afb.Y), draai de schroef van het zaagblad naar rechts als u de
schroef
43
en de externe flens
44
wilt verwijderen (Afb.Z).
3. Verwijder het zaagblad uit de spil en bevestig het zaagblad in het slot
45
van de
tafelafscherming. Het zaagtandblad MAG NIET in contact met de spil komen (Afb.AA,BB)
4. Ontgrendel de kop en beweeg de kop naar voren totdat het zaagblad uit het slot
45
kan
worden verwijderd. Plaats het nieuwe zaagblad
46
in het slot
45
en beweeg de kop
langzaam naar de rust (vergrendelde) positie, waarbij u ervoor zorgt dat de tanden van het
zaagblad niet in contact komen met de spil (Afb.CC–EE).
5. Plaats het nieuwe zaagblad op de interne flens
47
. Plaats de buitenste flens
44
op de as
(Afb. FF). Plaats één inbussleutel van 6 mm in de motoras en de andere inbussleutel van
6mm op de schroef van het zaagblad, draai de schroef van het zaagblad en de externe
flens vast (Afb.Y).
OPMERKING: Breng de onderste beschermkap omhoog en draai het zaagblad langzaam
zodat u zeker weet dat het zaagblad vrij kan bewegen zonder enige zijdelingsebeweging.
6. Laat de beveiliging zakken zodat het beveiligingslot is uitgelijnd met de beveiligingschroef
en draai de schroef vast (Afb. GG).
WAARSCHUWING: De tanden van een nieuw zaagblad zijn zeer scherp en kunnen
gevaarlijkzijn.
WAARSCHUWING: De draairichting staat aangegeven met de pijl op demotor.
WAARSCHUWING: Zorg ervoor dat de sluitring van de spilmoer zich tegen de buitenste
flensbevindt.
Controleren of de arm parallel staat met de tafelbovenkant (Afb.A, HH)
1. Laat het zaagblad
46
zakken totdat het net de vaste tafelbovenkant
5
raakt.
2. Maak de verstekvergrendeling hendel
11
en de verstekklem hendel
12
los.
3. Verleng het zaagblad naar voren voorbij de afscherming, en draai de arm zo dat het
zaagblad langs de volledige breedte van de tafelbovenkantscheert.
4. Herhaal deze procedure met het zaagblad in de achterste positie en pas de achterste bout
aan indiennodig.
Controleren of het zaagblad loodrecht staat op de tafelbovenkant
(Afb. II–KK)
1. Breng de arm
14
terug naar de centralepositie.
2. Plaats een stalen winkelhaak
48
tegen het zaagblad (Afb. II).
3. Als aanpassing nodig is, ga dan als volgt te werk:
a. Verwijder de schuine wijzerschijf
50
door de twee schroeven
51
los te maken (Afb. JJ).
b. Maak alle drie de zeskantschroeven los die op deze manier vrijkomen (Afb. KK).
c. Plaats een zeskantsleutel in de motorspil en tik totdat het zaagblad plat tegen de
winkelhaakstaat.
4. Maak alle bevestigingen stevigvast.
WAARSCHUWING: Het is vooral belangrijk om de middelste zeskantschroef vast
tedraaien.
5. Breng de schuine wijzerplaat
50
weer aan, waarbij u deze uitlijnt met de wijzer
49
op0º.
Controleren of de dwarssnede loop loodrecht staat op de afscherming
(Afb. LL–PP)
1. Schuif het zaagblad uit aan de voorkant van de afscherming(Afb. LL).
2. Plaats een winkelhaak
48
op een stuk board en tegen de afscherming, terwijl het
zaagblad net wordt aangeraakt, zoalsafgebeeld.
3. Trek het zaagblad naar u toe om te controleren dat het zaagblad parallel aan de
winkelhaakdraait.
4. Als aanpassing nodig is, ga dan als volgt te werk:
a. Terwijl de verstekvergrendeling hendel
11
in de 0º positie staat, laat u de verstekklem
hendel
12
los zoals afgebeeld in Afb.MM.
b. Maak de vergrendelmoeren
52
aan iedere kant van de arm
14
los, zoals afgebeeld in
Afb.NN
5. Om de arm
14
naar links aan te passen, maakt u de schroefbout
53
aan de rechterkant
van de arm los en draait u de tegenover gelegen schroefbout vast (Afb. OO).
6. Om de arm
14
naar rechts aan te passen, maakt u de schroefbout
53
aan de linkerkant
van de arm los en draait u de tegenover gelegen schroefboutvast.
7. Ga te werk in kleine stappen en controleer de aanpassing na iedere stap terwijl de
hendels
11
,
12
in positiestaan.
WAARSCHUWING: Draai de schroefbouten niet te stevigvast.
8. Maak de schroefbouten
52
vast.
9. Pas de wijzer
54
aan op de verstekschaal
55
zodat deze 0º aanwijst (Afb. PP).
Zaagbladbeveiliging assemblage (Afb. QQ)
De zaagbladbeveiliging is een multifunctionele assemblage die de volgende
veiligheidsfunctionaliteiten biedt:
- Beveiliging voorkant
3
en met veer bevestigde beveiliging achterkant
4
voor
volledigezaagbladbeveiliging.
- Adapter voor stofverwijdering
57
.
- Verstelbare vingerbeveiliging
58
voor gebruik als u dwarssnedenmaakt.