128
Nederlands (NL)
5.5. Wateraansluiting
ties over de watertoevoer.
• Voordat de unit wordt aangesloten op de water
toevoer moet de toevoerleiding grondig worden
gespoeld om verontreinigingen te verwijderen.
• Vermijd bij het installeren van leidingen ingeslo
leidingverbindingen naar de unit voor eenvoudig
onderhoud en ontmanteling.
•
tekening in paragraaf 12.2.
•
•
110009521).
•
afbeelding hieronder).
Om drukverlies in de toevoerleiding tot een minimum
• vermijd lange pijpleidingen.
• gebruik kogelkranen met lage drukweerstand.
• vermijd fittingen met een hoog drukverlies.
6. Systeemvoorbereiding
6.1. Opstarten van nieuw systeem
systeem soepel te laten verlopen.
6.2. Richtlijnen voor ontluchting
6.2.1. Het leidingsysteem ontluchten
•
•
•
stilstand.
6.2.2. De pomp ontluchten
•
len naar de bovenkant van de pomp te brengen.
• Stop de pomp.
•
er alleen nog water uit stroomt.
•
•
A
• Het hoofdstation is nu klaar voor gebruik.
6.3. Afstellingen
6.3.1. Instructie en opstelling
110005283
110009489