2. Zet de ronddraaiende schakelaar op de gewenste positie.
Verbind de uiteinden van de testlijnen parallel met de weerstand in het circuit die wordt gemeten.
3. Lees het meetresultaat van de display af.
LET OP:
1. Als de weerstand die wordt gemeten de maximale waarde van het bereik overtreft of als de invoer
niet is verbonden, ziet u “OL“, een indicatie voor overbereik.
2. Als u de weerstand binnen het circuit controleert, moet u er zeker van zijn dat het onderzochte circuit
van de stroom is afgesloten en dat alle condensatoren volledig zijn afgekoppeld.
TESTEN VAN DE CONTINUITEIT
Doe de zwarte en de rode proeflijnen respectievelijk in de COM en de VΩHz invoerterminals.
- Zet de ronddraaiende schakelaar op de gewenste
positie.
- Druk op de knop FUNC. om
te selecteren.
- Verbind de uiteinden van de testlijnen parallel met de weerstand in het circuit dat wordt gemeten. Als
er continuïteit bestaat (dat wil zeggen als de weerstand minder is dan 40Ω) gaat een ingebouwde
zoemer geluid maken.
HET TESTEN VAN DE DIODE
- Doe de zwarte en rode proeflijnen respectievelijk in de COM en de VΩHz invoerterminals.
- Zet de ronddraaiende schakelaar op de gewenste
positie.
- Druk op de knop FUNC. om
te selecteren. De rode lijn moet verbonden zijn met de anode en de
zwarte lijn met de kathode van de diode.
- Het typische spanningsverlies moet ongeveer 0.6V zijn voor siliconen diode of 0.3V voor germanium
diode. Als de diode omgekeerd beïnvloed is of als er een open circuit is, verschijnt op de display het
symbool “OL”.
HET METEN VAN CAPACITEIT
- Doe de zwarte en rode proeflijn respectievelijk in de COM en de VΩHz invoerterminals.
- Zet de ronddraaiende schakelaar in positie
.
- Verbind proeflijnen over de condensator die u wilt meten en wees er zeker van dat de polariteit van de
verbinding in acht wordt genomen. De polariteit van de rode lijnverbinding is positief “+”.
- Lees het meetresultaat af op de display.
HET METEN VAN FREQUENTIE
- Doe de zwarte en rode proeflijnen respectievelijk in de COM en de VΩHz invoerterminals.
- Zet de ronddraaiende schakelaar in de Hz positie.
- Verbind de proeflijnen over de bron of lading wordt gemeten. De polariteit van de rode lijnverbinding is
positief “+”.
- Lees het meetresultaat af op de display.
LET OP:
1. De signaalamplitude moet ook groter zijn dan het gevoelsniveau.
2. Stel vast dat het amplitudeniveau van het signaal dat wordt gemeten niet groter is dan de limiet van
de invoervoltage (10V DC/AC rms).
HET METEN VAN ADP
Het is stand-by voor de gebruiker.
1. Doe de zwarte en rode proeflijnen respectievelijk in de COM en de VΩHz invoerterminals.
2. Zet de draaiende schakelaar in de ADP positie.
3. DCV ≤ 600mV.
SPECIFICATIES
Accuratesse: ±% van lezen ± aantal minst significante cijfers van 18°C ot 28°C, met relatieve vochtig-
heid tot 75%. Bij alle specificaties wordt ervan uitgegaan dat de ijking minder dan een jaar geleden is
gebeurd. Temperatuur coëfficiënt: 0.1×gespecificeerde accuratesse/°C.
ALGEMEEN
Maximum voltage: 1000V CATII 600V CATIII
Hoogte: 2000m
Display: LCD 5999 tellen
Aanpassing: 2-3/sec
11