22
1x 2x
1x
Belangrijke opmerkingen
– De laser geeft het meetpunt aan tot waar gemeten wordt.
De laserstraal mag niet door voorwerpen onderbroken worden.
– Bij de meting compenseert het apparaat verschillende ruimte-
temperaturen. Houd daarom rekening met een korte aanpassingstijd
bij plaatsveranderingen met grote temperatuurverschillen.
– Het apparaat kan in het buitenbereik slechts beperkt worden
toegepast en kan bij sterke zoninstraling niet worden gebruikt.
– Bij metingen in de openlucht kunnen regen, mist en sneeuw
de meetresultaten beïnvloeden resp. vervalsen.
– Bij ongunstige omstandigheden zoals bijv. slecht reflecterende
oppervlakken kan de maximale afwijking meer dan 3 mm bedragen.
– Tapijten, kussens of gordijnen reflecteren de laser niet optimaal.
Werk dus met gladde oppervlakken.
– Bij metingen door glas (ramen) kunnen de meetresultaten worden
vervalst.
– Een energiebesparingsfunctie schakelt het apparaat automatisch uit.
– Reinig het apparaat met een zachte, droge doek. Er mag geen water
in de behuizing dringen.
Hoekfunctie 2:
hoekfunctie 2 1e meting 2e meting Resultaat
hoogte
Het meetresultaat wordt bepaald door de 360°-neigingssensor.
De achterzijde van het apparaat is bedoeld als referentievlak voor
de meting van hoeken.
!
Hoekfunctie 1:
hoekfunctie 1 meting
Resultaten
De meetresultaten worden automatisch bepaald door de
360°-neigingssensor.
De achterzijde van het apparaat is bedoeld als referentievlak voor
de meting van hoeken.
!
NL