EasyManua.ls Logo

MF Profi Plus - Page 50

MF Profi Plus
Print Icon
To Next Page IconTo Next Page
To Next Page IconTo Next Page
To Previous Page IconTo Previous Page
To Previous Page IconTo Previous Page
Loading...
98 99
NL
5 | HET ROOSTER GEBRUIKEN
De drie roosters (13, 14, 15) worden gebruikt voor het fi jnhakken van vlees, vis en groenten. Afhanke-
lijk van de eigenschappen van het voedsel, kunt u kiezen voor een van de roosters:
Let op: Het mes snijdt het voedsel. De roosters bepalen de consistentie van het gesneden voedsel.
Opmerking: De roosters(13, 14, 15) en het dwarsmes(17) zijn onderhevig aan normale slijtage.
Kies het grove rooster van 7 mm (13) voor vast voedsel en voor de bereiding van
grove worsten.
Selecteer het medium 4 mm rooster (14) voor zachte voedingsmiddelen. Let
op: bij de bereiding van tartaar kunt u het hakproces een tweede keer met het
medium rooster herhalen om de ideale consistentie te verkrijgen.
Selecteer het fi jne rooster van 3 mm (15) voor voedsel dat moet worden verwerkt
tot een bijzonder fi jne textuur. Om dit te doen, moet u de ingrediënten een aantal
keer door de gehaktmolen halen. Begin met het grove rooster (13) en gebruik dan
voor de tweede keer het fi jne rooster (15). Dit geeft de ingrediënten de gewenste
jne consistentie. Dit is met name geschikt voor vleespasteien (kibbeh).
Let op: de eventuele twee roosters kunnen worden opgeborgen in de rooster-
opslag (10), die zich aan de achterzijde van de behuizing bevindt (zie afbeelding
A). Het derde rooster kan direct in het gehaktmolenhulpstuk blijven (2). Als u het
deksel wilt verwijderen, drukt u eerst op het onderste deel van het deksel en haalt
u vervolgens het deksel eraf. Als u het deksel wilt terugplaatsen, houdt u het
deksel in het midden van de houder en bevestigt u het deksel door er licht op te
drukken.
6 | HET APPARAAT VOOR HET EERST IN GEBRUIK NE-
MEN
Het apparaat voor het eerst in gebruik nemen
Verwijder alle verpakkingen van de accessoires.
Voordat het apparaat voor de eerste keer wordt gebruikt, dient het schoongemaakt te worden zoals
beschreven in het sectie “Schoonmaken en onderhouden".
Plaats het apparaat op een vochtbestendige, stevige en vlakke ondergrond. Zorg er ook voor dat
het oppervlak schoon en droog is.
Belangrijk! De ventilatieopeningen aan de onderkant van het apparaat mogen niet worden
afgedekt.
Steek de voedingsschroef(9) met het tandwiel naar binnen gericht in de onderste
opening van het gehaktmolenhulpstuk(2) (zie afbeeldingB).
Plaats nu de gewenste hulpstukken zoals beschreven in de volgende secties.
A
B
Bevestig het gehaktmolenhulpstuk(2) aan de voorste bevestigingsnaaf op het
apparaat (zie afbeeldingC). .
Opmerking: Het werkt het makkelijkst wanneer u eerst de gewenste hulpstukken
in het gehaktmolenhulpstuk(2) monteert, en pas daarna het gehaktmolenhulp-
stuk in de voorbehuizing plaatst. Als u de gewenste hulpstukken monteert terwijl
het gehaktmolenhulpstuk(2) al in de voorbehuizing van het apparaat zit, zorgt
de voedingsschoef(9) ervoor dat de hulpstukken iets naar voren komen. Dit is een
ingebouwd veiligheidsmechanisme. Zolang de draadring(6) niet goed is geplaatst,
wordt de voedingsschroef(9) naar voren geduwd. Er kan dus geen letsel of
beknelling optreden wanneer het apparaat wordt ingeschakeld.
Het monteren van de gehaktmolen
Plaats eerst het rolmes (16) op de voedingsschroef (9). De uitsparing (afbeelding D) wijst in de
richting van de voedingsschroef (9):
D E
Kant met uitsparing Kant zonder uitsparing
De uitsparing op het rolmes (16) moet in de daarvoor bestemde uitsparing in de
behuizing zitten (zie afbeelding F).
Plaats eerst het dwarsmes (17) op het rolmes (16). De uitsparing (afbeelding G)
wijst in de richting van het rolmes (16):
Waarschuwing! Het dwarsmes (17) is zeer scherp. Er is een risico op letsel bij het
hanteren ervan!
G H
Kant met uitsparing Kant zonder uitsparing
Plaats het gewenste rooster (13, 14 of 15) op het dwarsmes (17).
Let op: De uitsparing op het rooster moet in de daarvoor bestemde uitsparing in
de behuizing zitten (zie afbeelding I).
Om hem vast te zetten, draait u de draadring (6) op de behuizing vast.
Vergrendel de draadring (6) door deze met de klok mee te draaien.
Waarschuwing! Draai de draadring (6) niet om en draai hem niet te strak aan!
Waarschuwing! De draadring(6) mag niet strak worden aangedraaid: dit kan snelle slijtage van het
dwarsmes en de roosters veroorzaken.
Plaats de vulschaal (4) op het gehaktmolenhulpstuk (2).
C
F
I