PWSA 20-Li B2
NL
│
BE
│
67 ■
Werkinstructies
OPMERKING
► Slijpschijven mogen alleen worden gebruikt
voor de aanbevolen toepassingen. Anders
kunnen ze breken, beschadigd worden en
verwondingen veroorzaken.
Afbramen:
Gebruik nooit doorslijpschijven
voor het afbramen!
■ Beweeg de haakse slijper met gematigde
druk heen en weer over het werkstuk.
■ Beweeg bij zacht materiaal de afbraamschijf
in een vlakke hoek over het werkstuk, bij hard
materiaal in een iets steilere hoek.
Doorslijpen:
Gebruik nooit afbraamschijven
voor het doorslijpen!
■ Gebruik alleen gekeurde vezelversterkte
doorslijp- of slijpschijven, die zijn toegelaten
voor een omtreksnelheid van minstens 80 m/s.
VOORZICHTIG!
Het slijpgereedschap draait nog verder nadat
het is uitgeschakeld. Rem het niet af door zijde-
lingse tegendruk uit te oefenen.
■ Zet het werkstuk vast. Gebruik spantoestellen/
een bankschroef om het werkstuk vast te zetten.
Het blijft dan beter op zijn plaats dan wanneer
u het met de hand vasthoudt.
■ Schakel het apparaat altijd uit voordat u het
neerlegt en wacht tot het apparaat tot stil-
stand is gekomen.
■ Gebruik het apparaat alleen voor droog
doorsnijden of -slijpen.
■ De hulphandgreep
moet bij alle werk-
zaamheden op het apparaat gemonteerd
zijn.
■ Asbesthoudend materiaal mag niet worden
bewerkt. Asbest is kankerverwekkend.
Tip! Zo handelt u correct.
GEVAAR! BEWEEG HET APPARAAT
ALTIJD TEGEN DE DRAAIRICHTING
IN DOOR HET WERKSTUK.
► Bij tegenovergestelde richting bestaat het
risico op een terugslag. Het apparaat kan uit
de snede worden geduwd.
■ Beweeg het apparaat altijd ingeschakeld
tegen het werkstuk. Til het apparaat na de
bewerking van het werkstuk op en schakel het
pas dan uit.
■ Houd het apparaat tijdens de werkzaamhe-
den altijd met beide handen vast. Zorg ervoor
dat u stevig staat.
■ Voor het beste slijpresultaat beweegt u het ap-
paraat gelijkmatig in een hoek van 15° tot 30°
(tussen slijpschijf en werkstuk) op het werkstuk
heen en weer.
■ Bij het bewerken van schuine oppervlakken
mag het apparaat niet met grote kracht op
het werkstuk worden geduwd. Als het toe-
rental sterk afneemt, moet u de aandrukkracht
beperken, zodat u veilig en efficiënt kunt
werken. Als het apparaat plotseling volledig
remt of blokkeert, moet het meteen worden
uitgeschakeld.
■ Doorslijpen: werk met matige voorwaartse
beweging en kantel de doorslijpschijf niet.
■ Afbraam- en doorslijpschijven worden zeer
heet tijdens het werken - laat ze volledig af-
koelen alvorens ze aan te raken.
■ Gebruik het apparaat nooit voor doeleinden
waarvoor het niet bestemd is.
■ Let er altijd op dat het apparaat is uitgescha-
keld, alvorens de accu in het apparaat te
plaatsen.
■ Schakel bij gevaar meteen het apparaat uit
en verwijder de accu. Zorg ervoor dat het
apparaat goed toegankelijk is en in geval van
nood probleemloos bereikbaar is.