1
37
3. Leeg het reservoir voorzichtig in de gootsteen of een andere voorziening voor waterafvoer.
4. Reinig het reservoir zo nodig met een droge doek.
5. Plaats het reservoir in het apparaat.
AFVOERSLANG
Zorg er altd voor dat het reservoir leeg is als u de afvoerslang bevestigt.
1. Gebruik de bgeleverde slang
2. Verwder de afvoerdop.
3. Draai de afvoerslang op het mondstuk en controleer altd of deze stevig vastzit.
4. Controleer of de slang door het afvoergat zit en naar beneden gericht is.
5. Verbind de slang met een afvoerpunt en zorg dat de slang geen knikken heeft of belemmerd
wordt.
Het waterreservoir niet verwderen als de slang bevestigd is.
Als de afvoerslang verwderd moet worden, zorg dan dat het water dat eventueel uit de
slang of het mondstuk drupt opgevangen wordt.
DRAADLOZE WERKING (ALLEEN BESCHIKBAAR VOOR SMART-MODELLEN)
BASIC RF-FUNCTIES
Parameter Omschrving
Werkende frequentie 2.400 tot 2.4835 GHz
Geleid vermogen 13 dBm tot 23 dBm
Draadloos standaard IEEE 802.11b/g/n (kanalen 1 tot 14)
Snelheid gegevensoverdracht 11b: 1, 2, 5,5, 11 (Mbps)
11g: 6, 9, 12, 18, 24, 36, 48, 54 (Mbps)
11n: HT20 MC S 0 tot 7
Type antenne
PCB-antenne met een piekversterking van 2,54 dBi
1. Activeer Bluetooth en Wi-Fi op uw telefoon of tablet. Gebruik uw telefoon om
de onderstaande QR-code te scannen of zoek “Smart Life” in Google Play of de
App Store om de app te downloaden en installeren.
2. Open de app en meld u aan.
3. Houd de knop ‘Mode’ 3 seconden ingedrukt, waarna de beschikbare Wi-Fi-
verbinding wordt gezocht.
4. Volg de instructies in de app.