72 NL/BE
Stap 2: Druk op de omhoog-knop
5
of de omlaag-knop
8
om een
andere oproeptoon in te stellen.
Stap 3: Druk op de PTT-knop
14
om de geselecteerde
oproepwaarschuwingstonen te bevestigen. U kunt de functie gebruiken
door op de Belknop te drukken
13
. De beltoon wordt dan verzonden.
OPMERKING: “0” = Toon UIT
Roger Pieptoon AAN/UIT
Als deze functie is ingeschakeld, klinkt er een signaaltoon aan de
ontvangende kant zodra u stopt met zenden. De ontvangende persoon
weet nu wanneer hij of zij terug kan praten.
Stap 1: Zorg ervoor dat de draagbare walkie talkie UITgeschakeld
staat.
Stap 2: Hou de omhoog-knop
5
ingedrukt en druk de knop
13
3
seconden lang naar beneden om de walkie talkie IN te schakelen.
Stap 3: Als de Roger pieptoon was ingeschakeld, zal deze nu worden
uitgeschakeld, en vice versa.
Toetstonen AAN/UIT
Toetstonen zijn de tonen die klinken bij het indrukken van een toets. U
kunt deze tonen als volgt in- of uitschakelen:
Stap 1: Zorg ervoor dat de draagbare walkie talkie UITgeschakeld
staat.
Stap 2: Hou de omhoog-knop
8
ingedrukt en druk de knop
13
3
seconden lang naar beneden om de walkie talkie in te schakelen.
Stap 3: Als de toetstonen zijn ingeschakeld, zal deze nu worden
uitgeschakeld, en vice versa. De toetstonen worden ook uitgeschakeld als
de gebruiker het volume op “0” zet.
Toetsenvergendeling:
Wanneer de toetsenvergrendeling is ingeschakeld, zijn de omhoog-knop
5
, omlaag-knop
8
, Menu-knop
6
en knop
7
vergrendeld.
Stap 1: Houd de Menu-knop
6
ingedrukt totdat na ca. 3 seconden het
toetsenvergrendelings-icoon
27
op het display
1
verschijnt.