46
NL
6.2 Snijkegel kiezen
Welke snijkegel A/B/C|6 het meest geschikt is, hangt af van het soort levensmiddel, met
name van de stevigheid ervan. De volgende tabel bevat een aantal voorbeelden ter oriënta-
tie. De stevigheid kan echter per soort en rijpheid variëren.
6.3 Montage en gebruik
1. Plaats de opvangkom|
12
in de basis|
10
.
2. Haal de gewenste snijkegel A/B/C|6
uit het opbergvak|11 en zet die op de
snijkegelhouder|4.
3. Afbeelding A: houd de snijkegelhou-
der|4 vast en draai de snijkegel|6 tot
aan de aanslag tegen de wijzers van
de klok in.
4. Afbeelding B: plaats de vulope-
ning|2 met de gemonteerde snijke-
gel|6 in de houder|8 op de basis|10.
De pijlmarkering
3|3 moet naar het
geopende slotsymbool |7 wijzen.
Draai de vulopening|2 tegen de wij-
zers van de klok in, totdat de pijlmarke-
ring
3|3 naar het gesloten
slotsymbool |7 wijst. De vulope-
ning|2 klikt voelbaar en hoorbaar vast.
5. Spies uw groenten of fruit stevig vast op
de duwstop|
1
en plaats de duwstop|
1
met het levensmiddel dan zo verticaal
mogelijk in de vulopening|
2
. Zo krijgt u
mooie, lange „pastaslierten“.
6. Steek de stekker|13 in het stopcontact.
7. Schakel het apparaat in met de schake-
laar aan/uit I/||9 (I). De LED in de
schakelaar brandt.
8. Snijd het levensmiddel in sliertjes door
de duwstop|1 voorzichtig naar bene-
den te drukken.
Voor eindeloze slierten oefent u con-
stante druk uit; voor kortere "pastaslier-
ten" onderbreekt u de druk tussendoor.
9. Schakel het apparaat uit met de scha-
kelaar aan/uit I/||9 (|). De LED in
de schakelaar dooft.
10. Trek de stekker|13 uit het stopcontact.
11. Verwijder de gevulde opvangkom|12
en leeg deze.
12. Maak het apparaat indien mogelijk di-
rect na gebruik schoon.
Groenten/
Fruit
Snijkegel A
Tagliatelle (ca. 9 mm)
Snijkegel B
Linguine (ca. 5 mm)
Snijkegel C
Spaghetti (ca. 3 mm)
Appel
99
niet geschikt
Peer
99
niet geschikt
Aardappel
999
Koolrabi
999
Wortel
999
Komkommer
99
niet geschikt
Zoete aardappel
999
Radijs
999
Rode biet
999
Courgette
999
BB&3(B%ERRN6HLWH0LWWZRFK$SULO