83
NL
VERDERE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES VOOR ALLE 
BEWERKINGEN
TERUGSLAG EN DAARMEE VERWANTE WAARSCHUWINGEN
Terugslag is een plotselinge reactie van een draaiend wiel of ander accessoire 
als het plotseling bekneld raakt. Het accessoire blijft daardoor ineens stilstaan 
waardoor de machine onbeheerst gedwongen wordt in een richting die 
tegengesteld is aan de draairichting van het accessoire.
Bijvoorbeeld, als een slijpwiel in het werkstuk blijft klemzitten, dan zal de rand 
van het wiel zich in de oppervlakte van het materiaal graven waarna het wiel naar 
buiten schiet. Het wiel kan in de richting van de gebruiker schieten of in de andere 
richting, afhankelijk van de bewegingsrichting van het wiel op het moment dat het 
vast bleef zitten. Een schuurwiel kan onder die omstandigheden ook breken.
Terugslag is het gevolg van verkeerd gebruik van een machine en/of onjuiste 
bedrijfsprocedures en –omstandigheden. Met de juiste maatregelen kan het 
vermeden worden, zoals hieronder is beschreven.
a)  Houd de machine stevig vast en zorg ervoor dat lichaam en armen in 
een zodanige positie staan dat u de terugslagkrachten kunt weerstaan. 
Maak steeds gebruik van het hulphandvat, als het aanwezig is, zodat 
u tijdens het opstarten maximale beheersing hebt over terugslag en 
koppelreacties. 
De gebruiker kan koppelreacties en terugslagkrachten beheersen met 
de juiste voorzorgsmaatregelen.
b)  Houd uw hand nooit bij het draaiende accessoire. 
Het accessoire kan over 
uw hand terugslaan.
c)  Houd uw lichaam niet op een plaats waar de machine komt als er 
terugslag optreedt. 
Bij terugslag schiet de machine in een richting die tegengesteld 
is aan de beweging van het wiel, op het moment dat het wiel vastklemt.
d)  Wees voorzichtig bij het werken langs hoeken, scherpe randen e.d. 
zodat vermeden wordt dat de machine terugstuitert en het accessoire 
blijft vastzitten. 
Hoeken, scherpe randen en stuiteren kunnen het draaiende 
accessoire vastgrijpen waardoor u de macht over de machine verliest of er terugslag 
optreedt.
e)  Monteer geen kettingzaag, houtsnijmes of zaagblad met tanden. 
Dergelijke gereedschappen geven vaak terugslag en het gevaar dat u de macht over de 
machine verliest.
EXTRA VEILIGHEIDSINSTRUCTIES VOOR SLIJPEN 
EN AFKORTEN 
VEILIGHEIDSWAARSCHUWINGEN BETREFFENDE SLIJP- EN 
SCHUURBEWERKINGEN:
a)  Gebruik alleen een wieltype dat is aanbevolen voor de machine en 
de specifieke beschermkap die voor dat wiel bedoeld is. 
 Wielen die niet 
geschikt zijn voor de machine kunnen niet goed beschermd worden en zijn onveilig.
b)  Gebogen slijpschijven moeten zodanig gemonteerd worden dat hun 
slijpoppervlak niet boven de rand van de beschermkap uit steekt. 
Een onjuist gemonteerde slijpschijf die over de rand van de slijpschijf uitsteekt, kan 
onvoldoende afgeschermd worden.
c)  De kap moet stevig aan de machine bevestigd zijn en gepositioneerd 
zijn voor maximale veiligheid, zodat een minimale oppervlakte van 
het wiel in de richting van de gebruiker is blootgesteld. 
De beschermkap