Nederlands–5
Bosch eBike Systems 0 276 001 SPI | (3.6.15)
Boordcomputer in-/uitschakelen
Voor het inschakelen van de boordcomputer drukt u kort op
de aan-/uittoets 5. De boordcomputer kan (bij voldoende ge-
laden interne accu) ook ingeschakeld worden als deze niet in
de houder geplaatst is.
Voor het uitschakelen van de boordcomputer drukt u op de
aan-/uittoets 5.
Is de boordcomputer niet in de houder geplaatst, dan scha-
kelt deze zich 1 minuut nadat de laatste toets is ingedrukt om
energiebesparende reden uit.
Accuoplaadindicatie
De acculaadindicatie i geeft de laadtoestand van de eBike-
accu aan, niet de laadtoestand van de interne accu van de
boordcomputer. De laadtoestand van de eBike-accu kan
eveneens aan de LED’s aan de accu zelf afgelezen worden.
In de indicatie i komt elk streepje in het accusymbool overeen
met ongeveer 20 % van de capaciteit:
De LED’s van de laadtoestandsindicatie aan de
accu gaan uit. De capaciteit voor de ondersteuning
van de aandrijving is opgebruikt en de ondersteuning wordt
uitgeschakeld. De resterende capaciteit wordt voor de ver-
lichting en de boordcomputer ter beschikking gesteld, de in-
dicatie knippert.
De capaciteit van de eBike-accu volstaat voor nog ongeveer
2 uur fietsverlichting. Met andere verbruikers (bijv. automati-
sche transmissie, laden van externe toestellen aan de USB-
aansluiting) wordt hierbij geen rekening gehouden.
Wordt de boordcomputer uit de houder 4 genomen, dan blijft
de laatst weergegeven acculaadtoestand opgeslagen.
Ondersteuningsniveau instellen
U kunt aan de bedieningseenheid 10 instellen hoe sterk de
eBike-aandrijving u bij het trappen ondersteunt. Het onder-
steuningsniveau kan altijd, ook tijdens het fietsen, gewijzigd
worden.
Opmerking: In sommige uitvoeringen is het ondersteunings-
niveau mogelijk vooraf ingesteld en kan dit niet worden gewij-
zigd. Het is ook mogelijk dat er uit minder ondersteuningsni-
veaus dan hier vermeld kan worden gekozen.
De volgende ondersteuningsniveaus staan maximaal ter be-
schikking:
– „OFF”: de motorondersteuning is uitgeschakeld, de eBike
kan zoals een normale fiets alleen door te trappen voortbe-
wogen worden. De duwhulp/vertrekhulp kan in dit onder-
steuningsniveau niet geactiveerd worden.
– „ECO”: effectieve ondersteuning met maximale efficiëntie
voor maximaal bereik
– „TOUR”: gelijkmatige ondersteuning voor tochten met
groot bereik
– „SPORT”: krachtige ondersteuning voor sportief rijden op
heuvelachtige stukken en voor rijden in de stad
– „TURBO”: maximale ondersteuning bij flink doortrappen,
voor sportief rijden
Voor het verhogen van het ondersteuningsniveau drukt u zo
vaak op de toets „+” 13 aan de bedieningseenheid tot het ge-
wenste ondersteuningsniveau op de indicatie b verschijnt,
voor het verlagen op de toets „–”
12.
Het opgeroepen motorvermogen verschijnt op de indicatie a.
Het maximale motorvermogen hangt van het gekozen onder-
steuningsniveau af.
Wordt de boordcomputer uit de houder 4 genomen, dan blijft
het laatst weergegeven ondersteuningsniveau opgeslagen,
de indicatie a van het motorvermogen blijft leeg.
Duwhulp/
vertrekhulp in-/uitschakelen
Bij de Speed-variant kan de duwhulp ook als vertrekhulp ge-
bruikt worden. De vertrekhulp wordt bij 18 km/h uitgescha-
keld.
De duwhulp/vertrekhulp kan u het duwen van of het vertrek-
ken met de eBike vergemakkelijken. De snelheid in deze func-
tie is afhankelijk van de gekozen versnelling en kan afhankelijk
van de uitvoering maximaal 6 km/h of 18 km/h bereiken. Hoe
kleiner de gekozen versnelling is, des te lager is de snelheid in
deze functie (bij maximaal vermogen).
De functie duwhulp/vertrekhulp mag uitsluitend bij het
duwen van of vertrekken met de eBike gebruikt wor-
den. Hebben de wielen van de eBike bij het gebruik van de
duwhulp geen contact met de bodem, dan bestaat verwon-
dingsgevaar.
Voor het inschakelen van de duwhulp/vertrekhulp drukt u op
de toets „WALK” 14 aan de bedieningseenheid en houdt u
deze toets ingedrukt. De aandrijving van de eBike wordt inge-
schakeld.
Opmerking: De duwhulp/vertrekhulp kan in het ondersteu-
ningsniveau „OFF” niet geactiveerd worden.
De duwhulp/vertrekhulp wordt uitgeschakeld zodra een van
de volgende situaties van toepassing is:
– U laat de toets „WALK” 14 los,
– de wielen van de eBike worden geblokkeerd (bijv. door het
remmen of het raken van een hindernis),
– de snelheid overschrijdt 6/18 km/h.
De eBike-accu is volledig geladen.
De eBike-accu moet bijgeladen worden.
Ondersteunings-
niveau
Ondersteuningsfactor*
(Kettingschakeling)
Cruise Speed CX
„ECO”
50 % 55 % 50 %
„TOUR”
120 % 120 % 120 %
„SPORT”
190 % 190 % 210 %
„TURBO”
275 % 275 % 300 %
* Het motorvermogen kan bij sommige uitvoeringen afwijken.