EasyManua.ls Logo

Bosch GCL 2-15 Professional - Page 62

Bosch GCL 2-15 Professional
311 pages
Go to English
To Next Page IconTo Next Page
To Next Page IconTo Next Page
To Previous Page IconTo Previous Page
To Previous Page IconTo Previous Page
Loading...
62 | Nederlands
1 609 92A 4HE | (09.08.2018) Bosch Power Tools
Werken zonder automatische nivellering (zie
afbeeldingF1)
Bij het werken zonder automatisch waterpassen de aan-/uit-
schakelaar (8) naar de stand " On" schuiven. Is het auto-
matisch nivelleren uitgeschakeld, brandt de indicatie werken
zonder automatisch waterpassen (3) rood en knipperen de
laserlijnen permanent in met langzaam ritme.
Bij uitgeschakelde automatische nivellering kunt u het meet-
gereedschap vrij in de hand houden of op een hellende on-
dergrond zetten. De laserstralen lopen niet meer noodzake-
lijk loodrecht ten opzichte van elkaar.
Mauwkeurigheidscontrole van het
meetgereedschap
Nauwkeurigheidsinvloeden
De grootste invloed oefent de omgevingstemperatuur uit.
Vooral vanaf de grond naar boven toe verlopende tempera-
tuurverschillen kunnen de laserstraal afbuigen.
Omdat de temperatuurgelaagdheid in de buurt van de grond
of vloer het grootst is, dient u het meetgereedschap indien
mogelijk op een statief te monteren en het in het midden van
het werkoppervlak op te stellen.
Naast externe invloeden kunnen ook toestelspecifieke in-
vloeden (zoals val of sterke stoten) leiden tot afwijkingen.
Controleer daarom de nivelleernauwkeurigheid, telkens
voordat u begint te werken.
Controleer altijd eerst de hoogte- en nivelleernauwkeurig-
heid van de horizontale laserlijn en daarna de nivelleernauw-
keurigheid van de verticale laserlijn.
Als het meetgereedschap bij een van de controles de maxi-
male afwijking overschrijdt, dient u het door een Bosch-klan-
tenservice te laten repareren.
Hoogtenauwkeurigheid van de horizontale lijn
controleren
Voor de controle heeft u een vrij meettraject van 5m op een
vaste ondergrond tussen twee muren A enB nodig.
Monteer het meetgereedschap dicht bij muur A op een
statief of plaats het op een stevige, vlakke ondergrond.
Schakel het meetgereedschap in. Kies kruislijnmodus met
automatische nivellering.
Richt de laser op de nabijgelegen muur A en laat het meet-
gereedschap waterpassen. Markeer het midden van het
punt waar de laserlijnen zich op de wand kruisen (punt ).
A
B
180°
Draai het meetgereedschap 180°, laat het zich nivelleren
en markeer het kruispunt van de laserlijnen op de tegen-
overliggende wand B (punt ).
Plaats het meetgereedschap– zonder het te draaien –
dicht bij wand B, inschakelen en laat het zich nivelleren.
A
B
Het meetgereedschap zodanig in de hoogte uitlijnen (met
het statief of eventueel door onderlegmateriaal), dat het
kruispunt van de laserlijnen exact het eerder gemarkeer-
de punt op wand B raakt.
Draai het meetgereedschap 180°, zonder de hoogte te
wijzigen. Het zodanig op de wand A richten, dat de verti-
cale laserlijn door het eerder gemarkeerde punt loopt.
Laat het meetapparaat zich nivelleren en markeer het
kruispunt van de laserlijnen op de wand A (punt ).
Het verschil d van de beide gemarkeerde punten en
op de wand A geeft de werkelijke hoogteafwijking van het
meetgereedschap.
Op het meettraject van 2×5m=10m bedraagt de maxi-
maal toegestane afwijking:
10m×± 0,3mm/m=± 3mm. Het verschil d tussen de pun-
ten en mag dus maximaal 3mm bedragen.
Nivelleernauwkeurigheid van de horizontale lijn
controleren
Voor de controle heeft u een vrij vlak van ca. 5×5m nodig.

Related product manuals