RMD10 Veiligheidsinstructies
121
• Oververhittingsgevaar!
Let er altijd op dat de warmte die bij het gebruik ontstaat goed afge-
voerd kan worden. Zorg ervoor dat de koelkast op voldoende afstand
tot wanden en voorwerpen staat, zodat de lucht kan circuleren.
• Let erop dat de ventilatieopeningen niet worden afgedekt.
• Vul het binnenreservoir niet met vloeistoffen of ijs.
• Bescherm de koelkast en de kabels tegen hitte en vocht.
• Let erop, dat de spijzen de wanden van de koelruimte niet aanraken.
2.3 Veiligheid tijdens bedrijf met gelijkstroom
A
LET OP!
• Kies uitsluitend voor het gebruik met gelijkstroom (gebruik op batte-
rijen) als de voertuigmotor draait en de dynamo voldoende spanning
levert of als u een accumonitor gebruikt.
2.4 Veiligheid tijdens bedrijf met wisselstroom
A
LET OP!
• Vergelijk de spanning op het typeplaatje met de aanwezige energie-
voorziening.
• Sluit de koelkast uitsluitend met de bijbehorende aansluitkabel aan op
het wisselstroomnet.
• Trek de stekker nooit aan de aansluitkabel uit het stopcontact.
2.5 Veiligheid tijdens bedrijf met gas
!
WAARSCHUWING!
• De koelkast mag uitsluitendmet de op het typeplaatje aangegeven
druk worden gebruikt. Gebruik alleen vast ingestelde drukregelaars
die voldoen aan de nationale voorschriften.
• Bewaar de flessen met vloeibaar gas nooitop niet-geventileerde
plaatsen of onder grondniveau (trechtervormige kuilen in de grond).
• bescherm flessen met vloeibaar gas tegen directe zonnestralen. De
temperatuur mag niet hoger zijn dan 50 °C.
50'2:(67ERRN6HLWH'RQQHUVWDJ0DL