NL
6-Dagelijks gebruik
13
6.3 Wasgoed voorbereiden
▶ Sorteer de kledij naargelang de stof (katoen, syn-
thetisch, wol of zijde) en vuilheid (afb. 6- 3). Let
op de onderhoudssymbolen op de etiketten.
▶ Scheid witte kledij van gekleurde kledingstukken.
Was gekleurde textiel eerst met de hand om te
controleren of de kleuren verbleken of uitlopen.
▶ Maak de zakken leeg (sleutels, munten, etc.) en
verwijder hardere decoratieve voorwerpen (bijv.
spelden).
▶ Kledingstukken zonder zomen, delicaat wasgoed
-
ten in een waszak worden geplaatst (handwas-
sen of de stomerij zijn betere opties).
▶ Sluit ritssluitingen, velcro bevestigingen en ha-
ken, zorg ervoor dat de knoppen stevig zijn aan-
genaaid.
▶ Plaats gevoelige items zoals wasgoed zonder
een stevige zoom, delicaat ondergoed en kleine
items zoals sokken, riemen, beha's, etc. in een
waszak.
▶ Ontvouw grote stukken wasgoed zoals bedden-
lakens, spreien, etc.
▶ Draai jeans, gedecoreerde of kleur-intensieve
kleding binnenstebuiten; liefst afzonderlijk was-
sen.
6-3
6.1 Voeding
Sluit de wasmachine aan op het lichtnet (220V tot
240V~/50Hz; Afb. 6-1). Raadpleeg ook de sectie
INSTALLATIE (P-28).
6.2 Waterverbinding
▶ Controleer of de watertoevoer schoon en in goe-
de staat is, voor u de wateraanvoerslang aansluit.
▶ Draai de kraan open (afb.6-2).
Opmerking: Strakheid
Voor gebruik moet u controleren op lekken in de verbindingen tussen de kraan en de
aanvoerslang door de kraan open te draaien.
OPGELET!
Niet-textiel en kleine, losse voorwerpen of voorwerpen met een scherpe rand, kunnen
defecten veroorzaken en schade toebrengen aan zowel de kledij als de machine.
6-1 6-2