3 – Nederlands
NL
TABEL 2 - Alleen voor de codeklavieren EDS / EDSI
Deze tabel is in twee gedeelten onderverdeeld. Elk gedeelte toont de verbindingen tussen: a) de hoeveelheid codeklavieren die aan de deco-
der MORX zijn aangesloten; b) de gewenste programmeermodus; c) het maximaal verkrijgbare aantal codes; d) de benodigde adresseringen
voor elk codeklavier.
Programmering
“EASY”
Eerste codeklavier Tweede codeklavier Derde codeklavier Vierde codeklavier
positie van de jumper:
adressen alle hetzelfde (
1
)
adres
– 1 –
adres
– 1 –
adres
– 1 –
adres
– 1 –
aantal codes
maximaal 2 (▲ en ▼) maximaal 2 (▲ en ▼) maximaal 2 (▲ en ▼) maximaal 2 (▲ en ▼)
Eerste codeklavier Tweede codeklavier ––– –––
positie van de jumper:
adressen alle
verschillend (
2
)
adres
– 1 –
adres
– 2 –
––– –––
aantal codes
maximaal 1 (▲ / ▼) maximaal 1 (▲ / ▼)
––– –––
Programmering
“PROFESSIONAL”
Eerste codeklavier Tweede codeklavier Derde codeklavier Vierde codeklavier
positie van de jumper:
adressen alle hetzelfde (
1
)
adres
– 1 –
adres
– 1 –
adres
– 1 –
adres
– 1 –
aantal codes (
3
) maximaal 255 maximaal 255 maximaal 255 maximaal 255
Eerste codeklavier Tweede codeklavier Derde codeklavier Vierde codeklavier
positie van de jumper:
adressen alle
verschillend (
2
)
adres
– 1 –
adres
– 2 –
adres
– 3 –
adres
– 4 –
aantal codes (
3
) maximaal 255 (codes verdeeld over de aanwezige codeklavieren)
BELANGRIJKE OPMERKINGEN!
(1) – Als dit type adressering wordt gekozen, kan de code op een willekeurig codeklavier, dat is aangesloten aan MORX, geprogrammeerd worden. Daarna kan, tijdens het
gebruik van de automatisering, de code op een willekeurig codeklavier, dat is aangesloten aan MORX, worden ingetoetst.
(2) – Let op! – Elk codeklavier moet een ander adres hebben dan dat van de andere codeklavieren. • Als dit type adressering wordt gekozen, moet de code op een be-
paald codeklavier, dat is aangesloten aan MORX, geprogrammeerd worden. Daarna moet, tijdens het gebruik van de automatisering, dezelfde code op het codeklavier
worden ingetoetst waarin hij is geprogrammeerd.
(3) – Het maximale aantal mogelijke codes wordt mede bepaald door het soort geïnstalleerde BM-geheugen en door de eventuele aanwezigheid van een tweede geheu-
genkaart (zie hoofdstuk 2).