NL
8
Om automatisch langs de sensoren te schakelen:
Druk KANAAL en houd deze gedurende 2 seconden
ingedrukt. De gegevens van elke sensor worden
ongeveer 3 seconden weergegeven.
Om het schakelen langs de sensoren te beëindigen:
Druk KANAAL of MEM.
Om te kiezen tussen huidige, minimum en maximum
gegevens van de geselecteerde sensor:
Druk herhaaldelijk op MEM.
Om alle gegevens te wissen:
Houd MODE gedurende 2 seconden ingedrukt.
TEMPERATUURTREND
Recente binnen- / buitentemperatuurtrends worden
naast het trendicoon weergegeven.
STIJGEND STABIEL DALEND
VORSTWAARSCHUWING
Als de sensor op kanaal 1tussen de 3°C. tot –2°C(37°F
tot 28°F) valt, zal
knipperen om u te waarschuwen
dat de temperatuur het vriespunt nadert.
NB De waarschuwing zal automatisch stoppen wanneer
de temperatuur weer buiten het waarschuwingsgebied
komt.
HOOG / LAAG TEMPERATUURALARM
U kunt waarschuwingen laten afgaan als de sensor
op kanaal 1 boven of onder een temperatuur van uw
keuze komt.
Alarmen AAN / UIT zetten:
1. Houd TEMP HOOG / LAAG
ingedrukt.
2. Gebruik
en om hoog / laag temperatuuralarm
te selecteren. Druk TEMP HOOG / LAAG
om te
bevestigen.
3. Druk
/ om het alarm AAN / UIT te zetten, en
druk TEMP HOOG / LAAG om te bevestigen.
4. Als het alarm geactiveerd is, gebruikt u en
om temperatuur te selecteren.
5. Druk TEMP HOOG / LAAG
om te bevestigen.
Om het hoog / laag temperatuuralarm uit te zetten:
Druk een willekeurige knop. Het alarm reset zichzelf
en zal weer afgaan zodra de hoge / lage temperatuur
wederom wordt gemeten.
RESET
Druk RESET om alle instellingen terug te zetten op de
standaard instellingen Om de sensor te resetten, haalt
u de batterijen enkele seconden uit het apparaat en
plaatst ze weer terug.
WAARSCHUWINGEN
Dit product is ontworpen om u vele jaren plezier te
geven, mits goed behandeld. Hier volgen een aantal
To Next Page
Loading...
