2. Druk op of om een sensorkanaal te selecteren.
Ga als volgt te werk om een nieuwe sensor toe te voegen of de sensor te vervangen
1. Verschuif de kanaalschakelaar om een kanaal te selecteren.
2. Schakel het apparaat opnieuw in of druk op RESET op de nieuwe sensor.
3. Volg de bovenstaande koppelingsstappen 1-2 om de nieuwe sensor te koppelen.
Ga als volgt te werk om een sensor te verwijderen
1. Houd de SELECTEREN-knop 3 seconden ingedrukt op het basisstation, er zullen
2 opties verschijnen op het scherm.
“Wilt u sensor x verwijderen?
[ja]: druk ONDER, [nee]: druk MODE/ALGEMEEN.”
2. Druk om de specieke sensor (kanaal) te verwijderen/los te koppelen.
NB
• Compleet het koppelen binnen 30 minuten nadat u de sensor hebt ingeschakeld
of opnieuw hebt ingesteld. Ander zal het koppelen stoppen.
• Om een bepaalde sensor te vervangen, verwijdert u deze eerst.
• Als de nieuwe sensor gekoppeld is, wordt het nieuwe kanaal en de weerinhoud
weergegeven. Anders geeft het basisstation de gegevens van de oude sensor weer.
• Als het basisstation de weergegevens niet weergeeft of “- -“ als gegevenswaarde
verschijnt. Houd PAIR ingedrukt om de sensor opnieuw te zoeken.
“- -“ betekent dat de verbinding verbroken is.
“NA” betekent dat de gegevens niet beschikbaar zijn of dat deze niet kunnen
worden berekend.
UW SLIM APPARAAT KOPPELEN MET HET WEERSTATION
U kunt de weerinhoud en weersvoorspelling bekijken, de hoogte instellen, de
displayeenheden weergeven en de geschiedenisgegevens op maand, week en uur
bekijken vanuit andere sensorkanalen in de app.
De app downloaden
Scan de QR-code of zoek naar "Oregon Scientic Smart Living"
om de app
te vinden en deze op uw intelligent apparaat te downloaden. De app is beschikbaar
in zowel de Apple App Store en Google Play.
Verbinding maken met het Wi-Fi-netwerk
1.
Zorg ervoor dat uw Wi-Fi-netwerk is ingeschakeld en uw intelligent apparaat met
Wi-Fi is verbonden.
2.
Open de app, volg de instructies op het scherm om een account te maken en u
aan te melden.
3.
Houd PAIR gedurende 3 seconden ingedrukt om de koppelingsmodus in
te drukken, 'Wi-Fi joining' te selecteren en daarna op PAIR te drukken om te
bevestigen. Het weerstation zoekt nu naar het Wi-Fi-netwerk.
4.
Een bericht ‘verbinding maken met WiFi netwerk” verschijnt op het scherm, druk
onmiddellijk op Start op uw smart toestel.
De opeenvolgende berichten zullen verschijnen tot de internetverbinding tot
stand gebracht is,
“verbonden met WiFi netwerk” “Toestel aan de account toevoegen”
“toestel toegevoegd”.
5.
De huidige kloktijd/datum/weekdag/maanfase wordt ook weergegeven.
6.
Klik op DIT TOESTEL TOEVOEGEN op je smart toestel om uw account te linken
aan het weerstation.
Zorg ervoor dat het weerstation altijd met het Wi-Fi-netwerk is verbonden om de
gegevens op de server op te slaan.
DE KLOKTIJD INSTELLEN
De hoofdeenheid synchroniseert automatisch de klok wanneer deze met onze server
en app via Wi-Fi is verbonden.
U kunt ook de taal (Engels, Frans, Duits, Italiaans, Spaans), de tijdzone (-12 tot 14)
en het uurformaat (12/24 uur) in de app instellen.
MAANFASE
De onderstaande pictogrammen tonen hoe de maan op het basisstation verschijnt.
Nieuwe
maan Volle maan
Wassende
halve maan
Bijna volle
afnemende maan
Eerste
kwartier
Derde
kwartier
Wassende
afnemende maan
Bijna volle
halve maan
NB
De maanfase wordt op het zuidelijk halfrond in tegengestelde richting
weergegeven.
WEERSVOORSPELLING
Het weerstation geeft het actuele weer een straal van 30 – 50 km (19 – 31 mijl). U
kunt de weersverwachting voor de komende 7 dagen in de app bekijken.
PICTOGRAM OMSCHRIJVING
Zonnig
Half bewolkt
Bewolkt
Regenachtig
Sneeuw
TEMPERATUUR EN LUCHTVOCHTIGHEID
U kunt de huidige binnen-/buitentemperatuur/warmte-index, luchtvochtigheid,
dauwpunt en de max./min. geheugens bekijken op het basisstation.
Selecteer de temperatuureenheid op onze app: °C (voor EU)/°F (voor VS).
Ga als volgt te werk om de metingen van de huidige temperatuur, de warmte-
index en TODAY MAX/MIN op het apparaat te bekijken:
1. Druk herhaaldelijk op SELECT om te navigeren van het pictogram naar het
gebied binnentemperatuur/warmte-index.
2. Druk herhaaldelijk op MODE om te schakelen tussen de schermen temperatuur/
warmte-index.
3. Druk op MAX / MIN om te wisselen tussen de huidige/MAX/MIN-waarden.
4. Druk op of om te change kanaal (alleen buitentemperatuur).
Ga als volgt te werk om de luchtvochtigheid, TODAY MAX/MIN en het dauwpunt
te meten:
1. Druk herhaaldelijk op SELECT om te navigeren van het pictogram naar het
gebied luchtvochtigheid/dauwpunt.
2. Druk herhaaldelijk op MODE om te schakelen tussen de schermen
luchtvochtigheid/warmte-index.
3. Druk op MAX / MIN om te wisselen tussen de huidige/MAX-/MIN-metingen.
De warmte-index geeft een indicatie over hoe warm het voelt op basis van de
luchttemperatuur en relatieve vochtigheid.
Het dauwpunt geeft aan bij welke temperatuur condensatie wordt gevormd.
TEMPERATUUR- EN LUCHTVOCHTIGHEIDSTREND
De trendlijnen worden weergegeven naast de temperatuur- en vochtigheidsmetingen.
De trend wordt als volgt weergegeven:
STIJGEND GELIJK DALEND
GEVOELSTEMPERATUUR/RICHTING/SNELHEID
Je kunt numerieke windsnelheid bekijken en instellen met een maximale
geheugenweergave op onze app.
Selecteer de windeenheden in onze app.
• Kilometer per uur (kph)
• Mijl per uur (mph)
• Meter per seconde (m/s)
• Knopen (knots)
Op het apparaat bekijken:
Het basisstation biedt informatie over de windsnelheid en windrichting.
Om de windrichting te bepalen, zoekt u de richting waarnaar het kompaspunt
wijst.
Ga als volgt te werk om de modus winddisplay te selecteren:
Druk op MODE bij het windgebied om te schakelen tussen:
• GUST (windstoot)
• AVG (Gemiddeld)
HET BASISSTATION VAN VOEDING VOORZIEN
1. Plaats de 3 AA-batterijen (meegeleverd) in het batterijvak van het basisstation
voor reservegebruik, waarbij u rekening houdt met de polariteitsymbolen (+ en -)
die aan de binnenkant worden weergegeven.
2. Sluit de meegeleverde voedingsadapter aan op de micro-USB-aansluiting en
steek de stekker in een standaard stopcontact.
De voedingsadapter is bedoeld moet verticaal of in een geschikte vloebevestiging
worden geplaatst. De pennen zijn niet ontworpen om de stekker op zijn plaats
te houden als deze op een plafond, onder een tafel of op een kabinetaansluiting
wordt aangesloten. Het stopcontact moet zich dicht bij de apparatuur bevinden en
gemakkelijk toegankelijk zijn.
DE ALLES-IN-EEN-SENSOR VAN VOEDING VOORZIEN
Plaats de 4 AA-batterijen (meegeleverd) in het batterijvak van de HOOFDEENHEID,
waarbij u rekening houdt met de polariteitsymbolen (+ EN -) die aan de binnenkant
worden weergegeven.
(Optioneel) Installeer 4 AA-batterijen (niet meegeleverd) in het batterijvak van
de FIJNSTOFSENSOR voor reservegebruik, waarbij u rekening houdt met de
polariteitsymbolen(+ en -) die aan de binnenkant worden weergegeven.
• Als u meer dan een alles-in-een-sensor aansluit, schuift u de kanaalschakelaar
CHANNEL 1, 2, 3 naar een ander kanaal voordat u de klep van het batterijvak
terugplaatst.
• Voor een langere gebruiksduur raden we u aan alkalinebatterijen en bij
vorsttemperaturen lithiumbatterijen te gebruiken.
• Vervang de batterijen wanneer op het basisstation wordt weergegeven. Druk
op RESET elke keer nadat u de batterijen hebt vervangen.
DE ALLES-IN-EEN-SENSOR MONTEREN
De sensor kan gegevens naar het basisstation verzenden binnen een straal van
ongeveer 300 m (1000 voet). Ideale sensorlocaties zijn bijvoorbeeld plekken op
het dak van een gebouw in een open ruimte en uit de buurt van bomen of andere
obstakels die de windstroming voorkomen voor een nauwkeurige aezing. Plaats de
sensor ook niet in direct zonlicht voor een optimale voeding van het zonnepaneel.
Zonnepaneel gericht naar het: Als u woont op het:
noorden zuidelijk halfrond
zuiden noordelijk halfrond
Plaats de connector van een alles-in-een-sensor op de gewenste locatie:
1. Lijn de achterkant van de sensorconnector uit met een bestaande paal.
2. Plaats beide uiteinden van de U-bout in de gaten op de sensorconnector en
bevestig deze met ringen en moeren.
3. Bepaal zorgvuldig de paal in het gewenste buitengebied.
NB
• Zorg ervoor dat de luchtbel in de niveau-indicator aan de bovenkant binnen de
cirkel blijft. Controleer regelmatig de luchtbel voor een nauwkeurige meting van
de neerslaghoeveelheid.
• Zorg ervoor dat de windsensor naar het noorden wijst om nauwkeurige metingen
te kunnen registreren. Druk op SET NORTH aan de onderkant van de
sensor om de richting te kalibreren. U kunt indien nodig een kompas gebruiken
om te zoeken naar de nauwkeurige richting van het noorden.
• Druk op de knop RESET op de hoofdeenheid om alle testgegevens te wissen.
DE SENSOR KOPPELEN
1. Houd PAIR op het basisstation gedurende 3 seconden ingedrukt. Er verschijnen
twee koppelingsopties op het matrixdisplay.
(1) Aan het verbinden met wi netwerk
(2) Sensor pairing (Sensor linken)
2. Klik of om ‘sensor linken’ te selecteren, klik daarna op PAIR om te
bevestigen. Het bericht ‘Sensor Linken’ zal verschijnen, en het basisstation zal
beginnen te zoeken naar de sensor. Selecteer het sensor kanaal op het basisstation
wanneer de verbinding tot stand gebracht is, om de weersomstandigheden van
de verbonden sensor te bekijken.
Om een sensor te selecteren
1. Klik verschillende keren op SELECT om het icoon overal heen te navigeren,
behalve naar binnentemperatuur/warmte index/dauwpunt.
WMR500_NL R5.indd 4 2017/3/14 下午5:27
P/N: 300103876-00001-10 Rev1.0
47/70