EasyManua.ls Logo

Pentair Jung Pumpen BASICLOGO BD 610 EC - Page 17

Pentair Jung Pumpen BASICLOGO BD 610 EC
48 pages
Go to English
To Next Page IconTo Next Page
To Next Page IconTo Next Page
To Previous Page IconTo Previous Page
To Previous Page IconTo Previous Page
Loading...
NEDERLANDS
LET OP! Werkzaamheden aan de besturing mogen alleen wor-
den uitgevoerd door een erkend elektromonteur.
Een bevestiging van de storingsmelding is alleen mogelk door
de storing te verhelpen.
Pomp werkt niet
Als de pomp niet werkt in de automatische of handmatige
stand en er geen storingen worden weergegeven, controleer
dan de zekeringen in de verdeelkast. Defecte zekeringen alleen
vervangen door zekeringen met dezelfde nominale waarde! B
herhaaldelk reageren van de zekeringen contact opnemen
met de klantenservice.
Weergave "Drehfeld falsch" (Verkeerd
draaiveld)
Niet b BD 00E / BD 610 EC. De netfasevolgorde is onjuist of
er ontbreekt een fase. Dit resulteert in een laag of ontbrekend
pompvermogen.
Weergave "Störung Pumpe" (Storing pomp)
Niet b BD 00E.
De motorbeveiliging is geactiveerd.
Fasefout - 2-fasenloop (defecte zekering?)
Overbelasting - trage of geblokkeerde waaier
Activeringsfout - Motorbeveiliging verkeerd ingesteld of defect
Elektrische motorstoring - Schade aan wikkeling
Om na het verhelpen van een storing opnieuw in te kunnen
schakelen, de motorbeveiligingsschakelaar resetten.
Pompen met wikkelingsthermostaten
Voordat de pomp oververhit raakt, wordt h door de thermo-
staat uitgeschakeld. Oververhitting treedt bvoorbeeld op
wanneer de te verpompen vloeistof warmer is dan 35 °C, of
wanneer de pomp boven water heeft gewerkt. Na het afkoe-
len wordt deze automatisch weer ingeschakeld, er volgt geen
storingsmelding.
Weergave "Hochwasser" (Hoogwater)
Waterpeil in de verzamelput is te hoog door onvoldoende
pompdebiet of te grote instroom.
Opmerking (BD 00E).
Het activeren van de apparaatbeveiliging leidt niet tot weerga-
ve "Störung Pumpe" (Storing pomp), hoewel de pomp dan niet
meer werkt. Alleen b een hoogwatermelding volgt een sto-
ringsmelding.
LET OP!
Zekeringen mogen alleen worden vervangen door ze-
keringen van hetzelfde type.
MONTAGE
B gebruik van de besturing moeten de respectievelke nati-
onale wetten, voorschriften en lokale regelgeving worden na-
geleefd.
WAARSCHUWING!
Voorafgaande aan alle werkzaamheden: Pomp(en) en bestu-
ringen door het losdraaien van de zekeringen van het elektri-
citeitsnet loskoppelen en ervoor zorgen dat ze door andere
personen niet opnieuw onder spanning kunnen worden gezet.
Let op! Werkzaamheden aan de besturing mogen alleen wor-
den uitgevoerd door een erkend elektromonteur.
LET OP!
De besturing mag niet worden geïnstalleerd in explo-
siegevaarlke ruimtes of in de verzamelput!
De besturing alleen in goed geventileerde ruimtes en boven
het terugstuwniveau monteren, zodat op elk gewenst moment
controle mogelk is. De behuizing verticaal met minimaal vier
schroeven bevestigen.
LET OP!
B de montage van de besturing in een externe ge-
plaatste kolom, bestaat de kans op condensatie, wat kan lei-
den tot storingen of totale uitval. Lees de instructies voor een
correcte installatie van een kolom.
A -lege behuizing B - stop C - droog wit zand
LET OP! De verbindingen in het schakelschema die met een stip-
pelln zn aangegeven, moeten ter plaatse worden aangelegd.
Netaansluiting
Afzonderlke zekeringen gebruiken. Geschikt zn smeltzeke-
ringen met de nominale waarde: zie de technische gegevens.
Aansluitleiding op het elektriciteitsnet volgens het schakel-
schema aansluiten. B onjuiste fasevolgorde de melding "Dre-
hfeld falsch" (Fout draaiveld) brandt moeten 2 fasen worden
omgewisseld (niet b wisselstroom).
De 230-V-besturingsstroomcircuits zn via F2 en F3 beveiligd.
Brand een zekering door kan de overeenkomstige pomp niet
gestart worden.
Aansluiten van de pompen
Er mogen alleen pompen worden aangesloten die door de fa-
brikant van de besturing als zodanig zn aangewezen.
De gemarkeerde aders van de de pompkabel moeten volgens
het schakelschema op de besturing worden aangesloten.
Niet b BD 00E. De wikkelingsthermostaten, aders 30 en 32
van de pompkabels worden volgens aansluitschema in blage
geplaatst. B aansluiten van pompen zonder wikkelingsther-
mostaat moeten geïsoleerde bruggen geplaatst worden: A2
(Q1/Q2) - 23 (Q3/Q4).
Niet b BD 00E. Het motorbeveiligingsschakelaar (Q3/Q4) op de
nominale stroom van de pomp (zie typeplaatje) + 10% instellen.
Aanwzing BD 00. De motorbeveiligingsschakelaar enkel voor
kortsluiting van de pomp. De stroom aan de motorbeveiligings-
schakelaar moet daarom op het maximum ingesteld worden.
B de juiste draairichting verloopt de opstartschok van de
krachtstroompomp tegen de richtingspl op de motorbehui-
zing in. B een foute draairichting moeten twee fasen van de
pompkabel naar de besturing worden omgewisseld.
VOORZICHTIG!
De opstartschok kan met grote kracht plaatsvinden.
17

Related product manuals