EasyManuals Logo

Radiodetection RD7100 User Manual

Radiodetection RD7100
43 pages
To Next Page IconTo Next Page
To Next Page IconTo Next Page
To Previous Page IconTo Previous Page
To Previous Page IconTo Previous Page
Page #38 background imageLoading...
Page #38 background image
58
Stethoscopen en kabelzoekersignaaltangen
Kabelzoekertangen kunnen gebruikt worden voor het identificeren van een
doelkabel of -leiding tussen verschillende andere leidingen door te zoeken naar het
sterkste lokalisatiesignaal. Als kabels in elkaar of dicht op elkaar liggen, kan een
stethoscoopantenne gebruikt worden in plaats van een klem.
Om een stethoscoop of kabelzoekertang te gebruiken, sluit u deze aan op de
accessoireaansluiting van de kabelzoeker. De kabelzoeker detecteert het accessoire
automatisch en filtert locatiemodi die niet relevant zijn uit.
Sondes, flexibele duwkabels en FlexiTrace
Sondes zijn zenders die op batterijen werken en handig zijn voor het lokaliseren van
niet metalen pijpleidingen. Ze kunnen bevestigd worden aan een flexibele duwkabel
zodat ze door leidingen geduwd kunnen worden. Sommige zijn geschikt om door
leidingenwerk (ducts) te blazen. Sommige modellen van de RD7100 kunnen een
reeks sondefrequenties detecteren, inclusief frequenties die uitgezonden worden door
GatorCam
4 of flexiprobe
duwkabelsystemen en P350 flexitrax
crawlers.
Zie voor een gedetailleerde handleiding over het lokaliseren van sondes de
bedieningshandleiding.
Een FlexiTrace is een traceerbare duwkabel van glasvezel met geïntegreerde
draadgeleiders en een sonde aan het uiteinde. Hij wordt aangesloten op de uitgang
van de zender en wordt meestal gebruikt voor niet metalen pijpleidingen met een kleine
diameter. De gebruiker heeft de mogelijkheid de gehele lengte van de duwkabel te
lokaliseren of ervoor te kiezen alleen het uiteinde van de duwkabel te zoeken.
De FlexiTrace heeft een maximaal vermogen van 1W. Als u gebruik maakt van de FlexiTrace
met een Tx-5- of Tx-10-zender van Radiodetection, moet de uitvoerlimiet ingesteld worden
op 1W in het menu MAX P en de uitvoerspanningslimiet op LOW in het menu MAX V.
Er zijn geen extra instellingen nodig voor de Tx-1-zender.
Fouten opsporen met een A-Frame
De modellen RD7100PL, PLG, TL en TLG beschikken over de mogelijkheid isolatiefouten
nauwkeurig op te sporen met behulp van een A-Frame-accessoire. De Tx-5- en Tx-10-
zenders geven een foutsignaal af dat gedetecteerd kan worden door het A-Frame als
gevolg van signalen die naar de grond lekken via de beschadigde kabelmantels.
De multimeterfunctie van de zender kan gebruikt worden om de impedantie van de
aangesloten pijpleiding of kabel te meten om de fout te duiden.
Zie voor een gedetailleerde handleiding over het opsporen van fouten de
bedieningshandleiding.
Stekker voor stroomvoerende kabel
De LPC wordt aangesloten op de uitgang van de zender en wordt gebruikt om een
signaal op een lijn te zetten en hem te traceren vanaf het stopcontact in het huis tot de
servicekabel in de straat.

Other manuals for Radiodetection RD7100

Questions and Answers:

Question and Answer IconNeed help?

Do you have a question about the Radiodetection RD7100 and is the answer not in the manual?

Radiodetection RD7100 Specifications

General IconGeneral
BrandRadiodetection
ModelRD7100
CategorySecurity Sensors
LanguageEnglish

Related product manuals