Building Technologies 74 319 0617 0 a 17.04.2008 71/180
nl
Instelling op het niveau “Verwarmingsinstallateur”
Gedurende 3 seconden de toetsen
en indrukken om het instelniveau “Installateur” te
activeren voor de instelling van het installatietype en de specifieke installatiegrootheden.
Instellen van het installatietype op bedienregel 51:
Op bedienregel 51 moet met de toetsen
en het gewenste installatietype worden
ingesteld. Daardoor worden alle functies, die nodig zijn voor de installatie, geactiveerd en de
benodigde bedienregels in beeld gebracht.
Voorbeeld voor instelling op installatie-type 2:
2540Z02
51 Installatietype 1
(1…6)
.........................
Typenummers in volgende
hoofdstuk
Installatietypes
A6 Ruimtebedienapparaat
B1 Aanvoertemperatuuropnemer
B5 Ruimtetemperatuuropnemer
B7 Retourtemperatuuropnemer (primair)
B71 Retourtemperatuuropnemer (secundair)
B9 Buitentemperatuuropnemer
E1 Warmte-opwekking (ketel, wisselaar)
E2 Verbruiker (ruimte)
LPB Databus
M1 Circulatie- of ketelpomp
N1 Regelaar RVL480
Y1 Corrigerend orgaan