42
(Vertaling van de originele instructies)
NEDERLANDS
u  Oefen druk uit in een rechte lijn met het boortje. Duw hard 
genoeg om de boor te laten boren, maar niet zo hard dat 
de motor blijft steken of dat de boor opzij beweegt.
u  Houd de boor stevig met twee handen vast, één hand 
op de handgreep en de andere aan de onderzijde 
om de accu of om de extra handgreep, als deze is 
geleverd, geklemd.
u  SCHAKEL EEN VASTGELOPEN BOORMACHINE 
NIET IN EN UIT IN EEN POGING DE MACHINE 
WEER OP GANG TE BRENGEN. HIERDOOR KAN DE 
BOORMACHINE BESCHADIGD RAKEN.
u  Verklein de kans op vastlopen in het laatste gedeelte van 
het boren door dan de druk te verminderen en langzaam 
te boren.
u  Laat de motor draaien terwijl u de boor uit het geboorde 
gat trekt. Hierdoor verkleint u de kans op blokkeren.
u  Controleer dat de Aan/Uit-schakelaar goed werkt.
In hout boren
Gaten in hout kunt u met dezelfde spiraalboren maken 
die u ook voor metaal gebruikt of met speciale houtboren. 
Deze boren moeten scherp zijn en moeten tijdens het boren 
regelmatig uit het gat worden getrokken zodat spaanders uit 
de groeven van de boor kunnen ontsnappen.
In metaal boren
Gebruik een snijvloeistof wanneer u in metaal boort. De 
uitzonderingen zijn gietijzer en messing, deze moeten 
droog worden geboord. De snijolie die het beste werkt, is 
gezwavelde snijolie.
In steen boren
Voor boren in steen zet u de ring (3) in de boorhamerstand 
door het symbool op één lijn te brengen met de markering. 
Gebruik steenboren met een hardmetalen punt. . 
Houd gelijkmatige druk op de boor. Een gelijkmatige, 
constante stroom van de stof wijst erop dat u de juiste 
boorsnelheid gebruikt.
LED-werklicht (Afb H)
Wanneer u de boormachine inschakelt door de aan/uit-
schakelaar (1) in te trekken, verlicht het geïntegreerde LED-
werklicht (6) automatisch het werkgebied. 
Opmerking: Het werklicht is bedoeld voor het verlichten van 
het werkoppervlak in de onmiddellijke nabijheid en het is niet 
de bedoeling dat u het licht gebruikt als zaklantaarn.
Problemen oplossen
Probleem Mogelijke oorzaak Mogelijke oplossing
Unit start niet. De accu is niet 
goed geplaatst.
De accu is 
niet opgeladen.
Controleer de manier 
waarop de accu 
is geïnstalleerd.
Controleer de 
laadvereisten voor 
de accu.
Het gereedschap start 
zodra u de accu inzet.
De schakelaar is 
in de stand ‘ON’ 
blijven staan.
De schakelaar moet in de 
stand ‘OFF’ worden gezet, 
zodat het gereedschap 
niet onmiddellijk kan 
starten wanneer de accu 
wordt ingezet.
De accu kan niet 
worden opgeladen.
De accu is niet juist in 
de oplader geplaatst. 
De oplader is 
niet aangesloten.
De luchttemperatuur 
van de omgeving is te 
hoog of te laag.
Plaats de accu in de lader, 
zodat het indicatielampje 
voor het laden rood gaat 
branden. 
Steek de stekker van 
de lader in een werkend 
stopcontact. 
Verplaats de lader en de 
accu naar een locatie waar 
de luchttemperatuur hoger 
is dan 4,5 °C en lager is 
dan +40,5 °C.
Gereedschap werkt 
plotseling niet meer.
Accu heeft 
de maximale 
temperatuur bereikt.
Accu is leeg. (De 
accu is zo ontworpen 
dat hij zichzelf 
plotseling uitschakelt 
wanneer hij bijna 
leeg is. Dit verlengt 
de levensduur van 
de accu.)
Laat de accu afkoelen. 
Plaats de accu op de lader 
en laad de accu op.
Onderhoud
Uw STANLEY FATMAX gereedschap is ontworpen om 
gedurende langere periode te functioneren met een minimum 
aan onderhoud. Het continu naar tevredenheid functioneren 
hangt af van de juiste zorg voor het gereedschap en 
regelmatig schoonmaken.
Ander onderhoud dan een regelmatige schoonmaakbeurt 
vraagt uw lader niet.
Waarschuwing! Neem, voordat u onderhoud aan het 
gereedschap uitvoert, de accu uit het gereedschap. Neem de 
lader uit het stopcontact voordat u deze schoonmaakt.
u  Reinig regelmatig de ventilatieopeningen van het 
gereedschap en de lader met een zachte borstel of 
droge doek.
u  Reinig de behuizing van de motor regelmatig met een 
vochtige doek.
u  Gebruik geen schuurmiddelen of schoonmaakmiddelen 
die op een oplosmiddel zijn gebaseerd.