EasyManua.ls Logo

Stanley SG 3200 - Reiniging, Onderhoud en Opslag

Stanley SG 3200
118 pages
To Next Page IconTo Next Page
To Next Page IconTo Next Page
To Previous Page IconTo Previous Page
To Previous Page IconTo Previous Page
Loading...
25
7.2 Verbruikers op de generator aansluiten
Sluit de uitrusting die u gebruiken wilt op de
ttinguitgangen (3/4) aan.
Belangrijk:
- Deze ttings kunnen continu geladen zijn (volgens S1-
waarde) of tijdelijk (volgens S2-waarde).
- Sluit de generator niet op het huiselijke stroomnet aan,
aangezien dit schade aan de generator zelf of aan andere
elektrische toestellen in uw huis kan veroorzaken. Merk
op: sommige elektrische toestellen (guurzagen, boren
enz.) kunnen een groter stroomverbruik hebben wanneer
ze in lastige omstandigheden gebruikt worden.
7.3 De motor uitschakelen
- Voordat u de generator uitschakelt, laat u hem
kortstondig zonder verbruikers draaien, zodat hij
„afkoelt”.
- Zet de AAN/UIT-schakelaar (11) in positie „0”.
- Sluit de benzinekraan.
7.4 Overbelastingsbeveiliging voor ttinguitgangen
Belangrijk! De generator is met een beveiliging tegen
overbelasting uitgerust.
Deze schakelt de ttings (3) uit. U kunt de ttings (3)
heropstarten door de overbelastingsbeveiliging (6) in te
drukken.
Belangrijk! Indien dit gebeurt, reduceer dan de
elektrische stroom die u van de generator afneemt of
verwijder alle defecte aangesloten toestellen.
Belangrijk! Defecte overbelastingsbeveiligingen
mogen enkel worden vervangen door
overbelastingsbeveiligingen van een identiek ontwerp
en met dezelfde prestatiegegevens. Indien er reparaties
noodzakelijk zijn, gelieve dan uw klantendienstcentrum
te contacteren.
8. Reiniging, onderhoud en opslag
Schakel de motor uit en trek de kous van
de bougie voordat u enige reinigings- en
onderhoudswerkzaamheden aan de apparatuur uitvoert.
Belangrijk: schakel de machine onmiddellijk uit en neem
6.5 Milieubescherming
- Dank vervuild onderhoudsmateriaal en
bedieningsmateriaal bij het geëigende inzamelpunt af.
- Recycle verpakkingsmateriaal, metaal en plastic.
6.6 Aarding
De behuizing mag met de aarde verbonden worden
teneinde statische elektriciteit te ontladen. Hiervoor
verbindt u één uiteinde van een kabel met de
aardeaansluiting (5) op de generator en het andere
uiteinde met een externe aarde (bijvoorbeeld een
aardestaaf).
7. Bediening
Belangrijk!
U moet motorolie tanken (zie afb. 9) en brandstof ingieten
voordat u de motor kunt starten.
- Controleer het brandstofpeil en vul bij indien nodig.
- Zorg ervoor dat de generator voldoende geventileerd is.
- Zorg ervoor dat de onstekingskabel op de bougie is
aangesloten.
- Inspecteer de onmiddellijke omgeving van de generator.
- Ontkoppel alle elektrische apparatuur die eventueel
reeds op de generator aangesloten is.
7.1 De motor starten
- Sluit het gereedschap niet aan voordat u de motor start.
- Open de benzinekraan (14) door hem naar positie I te
draaien.
- Zet de AAN/UIT-schakelaar (11) in positie „I”.
- Zet de chokehendel (12) in positie |Ø|.
- Start de motor door middel van de trekkoord (13); trek
krachtig aan de hendel. Indien de motor niet start, trekt u
nogmaals aan de hendel.
- Duw de chokehendel (12) terug nadat de motor is
aangeslagen.
Belangrijk!
Wanneer u met de trekkoord start, kan de motor
plotseling terugstoten wanneer deze opstart, hetgeen
verwondingen aan de hand kan veroorzaken. Draag
beschermende handschoenen wanneer u de apparatuur
opstart.
N
L

Table of Contents

Related product manuals