69
5.Aan De oververhittingsbescherming is actief.
Parameter nr.6: Ingestelde waarde voor
oververhittingsbescherming
6.14 Druk op de knoppen (+) of (-) om de drempel voor het
opstarten van de oververhittingsfunctie te kiezen.
Parameter nr.7: Collectortype
Gebruik deze parameter als uw installatie gebruik maakt van een
collector met vacuüm buizen. (Deze keuze kan ook gebruikt
worden met een vlakke collector als de sensor gemonteerd is op
de externe onderdelen van de collector).
- Deze functie kan gebruikt worden als de collectorsensor niet
rechtstreeks op de collector gemonteerd is. Deze functie werkt als
volgt:
de pomp zal elke 30 minuten 30 seconden geactiveerd worden om
de correcte waarde op de collector te meten om korte ladingen te
vermijden.
7.UIT Als een vlak collectorpaneel geïnstalleerd is.
(standaardwaarde)
7.Aan Als een collector met buizen geïnstalleerd is.
Parameter nr.8: Type van de extra functie
8.UIT De extra functie wordt gebruikt om extra verwarming te
besturen. (standaardwaarde)
Extra functie om de pomp,
gekoppeld aan een externe
brander, te besturen.