20
binnen als bij inbouw buiten).
(Bij frisse-luchtgebruik mag
de frisse lucht niet uit de mo-
torruimte of uit de buurt van
de uitlaat of de rookgasaf-
voerschoorsteen van de ka-
chel worden aangezogen.)
Warmeluchtverdeling
De warme lucht wordt via
flexibele warme-luchtbuizen
overwegend naar het vloer-
bereik van de woonruimte
geleid.
De 4 aansluitstompen op het
toestel zijn ontworpen voor
de buis ÜR Ø 65 mm (art.-nr.
40230-00). Er mogen alleen
drukvaste ventilatorbuizen
conform de Truma-veilig-
heidseisen gebruikt worden.
Andere buizen die niet vol-
doen aan onze kwaliteitsei-
genschappen (met name de
piekdrukbestendigheid, de
buisdiameter en het aantal
groeven), mogen in geen
geval gebruikt worden.
Bij de Trumatic
C 6002 moeten ter
voorkoming van een warmte-
stuwing alle 4 warme-
luchtaansluitstompen aan-
gesloten zijn. De doorsnede
van de warme-luchtbuizen
mag niet verkleind worden
door samenbrengen of iets
dergelijks van de buizen.
Bij de Trumatic C 3402 kun-
nen alle vier of enkel drie
warmelucht-uittredingen wor-
den bezet. De niet bezette
uittreding voor warmelucht
wordt met behulp van een
sluitingsdeksel VD (art.-nr.
40352-00) afgesloten.
Het warme-luchtsysteem is
voor elk voertuigtype afzon-
derlijk volgens een modulair
principe ontworpen. Er zijn
dan ook heel wat accessoires
beschikbaar (zie catalogus).
Schema’s met de optimale in-
bouwsituaties voor warme-
luchtinstallaties in alle gang-
bare soorten caravans en
campers kunnen gratis wor-
den aangevraagd bij de
Truma Servicecentrale.
Bij gebruik van de buis
VR Ø 72 mm tot aan de
eerste luchtuitlaat blijft het
luchtgeraas tot een minimum
beperkt. Voor de aansluiting
van deze buis de reduceer-
moffen uit de luchtuitlaatmof
verwijderen en de set
U-klemmen (art.-nr. 34000-
81800) gebruiken.
king (20), zonder gebruik van
andere dichtingsmiddelen.
Schuif de rubberen pakking
(20) over het schoorsteen-ge-
deelte (21). Steek de schoor-
steen via de bovenkant door
het dak en bevestig de
schoorsteen aan de binnen-
kant met behulp van een
schroefring (22).
Monteer de schoorsteen-af-
dekkap (23) en bevestig deze
met 2 schroeven (24).
De rookgasuitlaat-ope-
ningen (25) moeten
dwars op de rijrichting wor-
den gemonteerd, de opdruk
„FRONT“ (26) moet in de
rijrichting wijzen!
Druk de afvoerbuis (1) aan
het uiteinde dicht, zodat de
windingen tegen elkaar lig-
gen. Klem (4) op aansluit-
stomp (28) schuiven en
inhangen. Klem (4) over de
verbrandingslucht-toevoer-
buis (5) schuiven. Afvoerpijp
(1) over de O-ring (27) en
onder de klem (4) schuiven,
klem (4) vastschroeven. Ver-
brandingslucht-toevoerbuis
(5) op de aansluitstomp (29)
schuiven en met klem
(7) bevestigen.
Bevestig de gecombineerde
aan-/afvoerbuis met minstens
3 ZRS-buisklemmen (17)
tegen de wand.
Het apparaat
bevestigen
Plaats het apparaat in de in-
bouwpositie en zet het met
de 3 meegeleverde bevesti-
gingsschroeven B 5,5 x 25
goed op een geschikte on-
dergrond (multiplex, gelami-
neerde houten lijst of metalen
ondergrond) vast.
Warmelucht-
verdeling en
recirculatie
De aanzuigopeningen voor
warme lucht moeten zodanig
zijn geplaatst dat wordt ver-
meden dat onder normale
werkingsomstandigheden uit-
laatgassen van de voertuig-
motor of de kachel worden
aangezogen. Bij de inbouw
moeten maatregelen worden
genomen om te voorkomen
dat de in het interieur van het
voertuig gebrachte verwar-
mingslucht kan worden ver-
ontreinigd (bijv. door oliedam-
pen). Aan deze voorwaarde
wordt bijvoorbeeld voldaan
bij luchtkachels in recircula-
tiestand (zowel bij inbouw
Afvoer van rookgas
Voor de Trumatic C mag al-
leen Truma-rookgas-afvoer-
buis AA-3 (art.-nr. 39320-00)
of bij inbouw in boten de
roestvrijstalen Truma-rook-
gasafvoerbuis AEM 3 (art.-nr.
39360-00) en de verbran-
dings-luchttoevoerbuis ZR
(art.-nr. 39580-00) worden
gebruikt, aangezien het toe-
stel alleen in combinatie met
deze buizen is gekeurd en
toegelaten.
De opgegeven lengte-
maten hebben betrek-
king op de verbrandings-
lucht-toevoerbuis.
Maak de buizen op maat zo-
dat ze tijdens het monteren
door de opening voor de
schoorsteen naar buiten ste-
ken. De rookgasafvoerbuis
(afb. E: 1) moet 10 cm langer
zijn. Zo vermijdt u uitzet- en
trekbelasting van de rookgas-
afvoerbuis.
Na elke demontage
moet een nieuwe
O-ring worden geplaatst.
Toegelaten lengte van
buizen
Afb. A 1: Voor wand-
schoorstenen mogen buizen
met een minimale lengte van
70 cm en een maximale leng-
te van 100 cm, naar wens
stijgend of met een verval
van max. 5 cm worden
aangebracht.
Bij een buislengte van mini-
maal 100 cm tot maximaal
150 cm, moet de schoor-
steen met een stijgingshoek
van minimaal 45° worden
aangebracht.
Afb. A 2: Voor een dak-
schoorsteen moeten buizen
tot max. 230 cm met een stij-
gingshoek van minimaal 45°
worden aangebracht.
De gecombineerde
aan-/afvoerbuis op het
toestel aansluiten
Afb. D: Druk de afvoerbuis
(1) aan het begin samen,
zodat de windingen tegen el-
kaar liggen. Klem (4) op aan-
sluitstomp (3) schuiven en in-
hangen. Klem (7) over de ver-
brandingslucht-toevoerbuis
(5) schuiven. Afvoerpijp (1)
over de O-ring (2) en onder
de klem (4) schuiven, klem
(4) vastschroeven. Verbran-
dingslucht-toevoerbuis (5) op
de aansluitstomp (6) schuiven
en met klem (7) bevestigen.
De wand-schoorsteen
monteren
Afb. E: Monteer de wand-
schoorsteen tegen een zo
loodrecht mogelijke wand,
die aan alle zijden door de
wind kan worden bereikt.
Boor een opening Ø 83 mm
(eventuele holle ruimten rond
de schoorsteen met hout op-
vullen). Dicht af met behulp
van de meegeleverde rubbe-
ren pakking (8). Gestructu-
reerde oppervlakken moeten
met een plastisch carrosse-
rie-dichtmiddel – geen silico-
nenkit! – worden ingesmeerd.
Voordat u de gecombineerde
aan-/afvoerbuis door de ope-
ning heen steekt, moet u de
buisklem (7) over de buis
heen schuiven.
Schuif de rubberen dichting
(8) en de buisklem (4) op het
binnendeel van de schoor-
steen (9). Druk de afvoerbuis
(1) aan het uiteinde plat zodat
de windingen tegen elkaar
worden gedrukt, en schuif ze
over de O-ring (10) op het
aansluitstuk (11 – de hoek
wijst naar boven).
Plaats de buisklem (4) met
het boorgat op de bovenste
stift (met de schroef aan de
onderzijde) en schroef de
klem vast. Schuif de verbran-
dingslucht-toevoerbuis (5)
over het gekartelde aansluit-
stuk (12).
Zet het binnengedeelte van
de schoorsteen (9) met
6 plaatschroeven (14) vast,
plaats het buitengedeelte van
de schoorsteen (15) en zet
het met 2 schroeven (16)
vast.
Zet de verbrandings-luchttoe-
voerbuis met de buisklem (7)
van binnenuit op het aansluit-
stuk (12) vast.
Bevestig de gecombineerde
aan-/afvoerbuis met minstens
een ZRS-buisklem (17) tegen
de wand.
De dak-schoorsteen
monteren
Afb. F: Monteer de dak-
schoorsteen tegen een zo
loodrecht mogelijke wand,
die aan alle zijden door de
wind kan worden bereikt.
Boor een opening Ø 83 mm
op een afstand van minstens
65 mm van een eventuele
zijwand (eventuele holle
ruimten rond de schoorstee-
nopening met hout opvullen).
Afdichten met behulp van de
meegeleverde rubberen pak-